×
Fatwa’s over Hadj: Sheich ’Abdoel-’Aziez bin Baaz, Sheich Mohammed bin Saalih al-‘Othaymien,Sheich Saalih al-Fawzaan , Het Permanente Comite voor Islaamitisch Onderzoek en Fataawa.

    Fatwa's over Hadj

    Sheich 'Abdoel-'Aziez bin Baaz, Sheich Mohammed bin Saalih al-'Othaymien,Sheich Saalih al-Fawzaan , Het Permanente Comite voor Islaamitisch Onderzoek en Fataawa

    فتاوى الحج

    الشيخ العلامة عبد العزيز بن باز, الشيخ العلامة العثيمين, الشيخ العلامة صالح الفوزان, اللجنة الدئمة

    « باللغة الهولندية »

    revisie: Aboe Abdelilah Al-belgikie

    مراجعة: ابو عبد الله البلجيكي

    Kantoor voor da'wa Rabwah (Riyadh)

    1430-2009

    Islam voor iedereen

    In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle

    Fatwa's over Hadj

    Fatwa 1:

    Een dienstmeid die samen met een groep vrouwen of een Hadj-pakket groep Hadj verricht.

    Geschreven door Shaych Saalih al-Fawzaan

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Is het voor mij toegestaan om mijn dienstmeid naar de verplichte Hadj te sturen met een groep vrouwen, die met een Hadj-pakket groep reizen (een bedrijf dat gespecialiseerd is in het vervoeren van de Hadj pelgrims)?"

    Antwoord:

    “Het is niet toegestaan voor een vrouw om naar de Hadj te reizen of naar iets anders dan de Hadj, behalve met een mahram, of zij nu een dienstmeid is of niet, vanwege hetgeen dat de Profeet (salallaahoe 'alayhie wasellem) heeft gezegd:

    “Het is een vrouw die geloofd in Allaah en de Laatste Dag niet toegestaan, om een afstand van twee dagen te reizen, behalve met een mahram."[al-Boechaarie, volume 2, blz. 35-36]

    En een groep met vrouwen kunnen geen mahram vervangen, noch kan een Hadj-pakket groep (een mahram vervangen) en dit verwijdert haar niet van hetgeen dat verboden wordt in de bovengenoemde hadieth."

    Arabische bron: “Al-Muntaqaa min Fataawa Ibn Fawzaan" (Volume 3, blz. 168, fatwa nummer 252).

    Laatst geupdate op ( Monday 10 December 2007 )

    Fatwa 2:

    Moeder verrichtte de Hadj met een ander dan haar mahram

    Geschreven door Shaych Saalih al-Fawzaan

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Mijn moeder verrichtte de Hadj met een ander dan haar mahram, ze was toen boven de 60 jaar. Is haar Hadj geldig of moet ik namens haar de Hadj nog eens verrichten, wetende dat ze gestorven is (moge Allaah haar Genadig zijn)?"

    Antwoord:

    “Als een vrouw de Hadj verricht met een ander dan haar mahram, dan is ze ongehoorzaam (aan haar Heer) en heeft (daarmee) een zonde begaan. Dit is omdat de Profeet (salallaahoe 'alayhie wasellem) de vrouwen heeft verboden om zonder mahram te reizen voor de Hadj of iets anders dan de Hadj. Wat de Hadj van de moeder zelf betreft; het is correct, inshAllaah. Desondanks, is het (gepaard gegaan) met zonde en wij hopen dat Allaah haar (hiervoor) zal vergeven."

    Arabische bron: “Al-Muntaqaa min Fataawa Ibn Fawzaan" (Volume 3, blz. 168, fatwa nummer 253).

    Fatwa 3:

    Betreffende de foute (handelingen) die zich voordoen tijdens de tawaaf

    Geschreven door Shaych Saalih al-Fawzaan

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Er zijn enige foute (handelingen) die voorkomen bij het verrichten van de tawaaf, wat zijn die fouten precies?"

    Antwoord:

    “Vele pelgrims houden zich vast aan specifieke smeekgebeden tijdens het verrichten van de tawaaf. Er zijn groepen onder hen die (hun smeekgebeden) nemen van iemand die aangewezen is om te lezen en vervolgens herhalen zij dit gelijktijdig met de hele groep. Dit is een fout die men van twee kanten kan bekijken:

    Ten eerste: Dit is het vasthouden aan een smeekgebed, waarvan niet overgeleverd is dat men zich er aan vast moet houden op deze plaats (tawaaf), want geen enkel specifiek smeekgebed is overgeleverd met de autoriteit van de Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) voor tijdens het verrichten van de tawaaf.

    Ten tweede: Het houden van synchronische smeekgebeden in groepsverband is een innovatie, wat tevens storend is voor (de concentratie van) andere pelgrims die de tawaaf verrichten. Hetgeen dat is voorgeschreven is dat men in zichzelf smeekgebeden maakt zonder de stemmen te verheffen."

    Arabische bron: “Al-Bid'u wal-Muhdathaat wa maa laa Asla lahoe" (blz. 398), “al-Fataawa Fadhielatush-Shaych Saalih Ibn Fawzaan al-Fawzaan" (Volume 2, blz. 30).

    Laatst geupdate op ( Monday 10 December 2007 )

    Fatwa 4:

    Ik verrichtte de Hadj zonder toestemming van mijn man

    Geschreven door Het Permanente Comite voor Islaamitisch Onderzoek en Fataawa

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Wat is de regelgeving betreffende een echtgenote die vertrekt om de verplichte (eerste) Hadj te verrichten, zonder de toestemming van haar man?"

    Antwoord:

    “De verplichte Hadj is (alleen) verplicht als aan alle voorwaarden is voldaan, maar het (verzoeken) van toestemming van de echtgenoot is niet één van hen, sterker nog, het is hem voorgeschreven om haar te assisteren in het uitvoeren van deze verplichting.

    En bij Allaah ligt alle succes en moge Allaah gebeden en begroetingen sturen over onze Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) en zijn familie en zijn metgezellen."

    Arabische bron: “Fataawa al-Lajnah ad-Daa'imah lil-Buhoeth al-'Ilmiyyah wa-Iftaa" (Volume 11, blz. 20, Fatwa Nummer 5866).

    Laatst geupdate op ( Monday 10 December 2007 )

    Fatwa 5:

    Vraag:

    “Ik verrichte de Hadj toen ik tien jaar oud was, en nogmaals toen ik dertien jaar oud was, voldoen deze beide Hadj's aan de verplichte Hadj?"

    Antwoord:

    “De Hadj's zoals die vermeld staan zijn toereikend voor de verplichte Hadj wanneer ze (verricht) zijn nadat je volwassen bent geworden, door oftewel de afscheiding van sperma door een natte droom, of door het verschijnen van haar rond de schaamstreek. Dit komt omdat de man en de vrouw volwassen worden bij één van de twee gebeurtenissen. Tevens, het bereiken van de leeftijd van vijftien jaar en het beginnen van de menstruatiecyclus in het geval van vrouwen.

    En bij Allaah ligt alle succes en moge Allaah gebeden en begroetingen sturen over onze Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) en zijn familie en zijn metgezellen.

    Arabische bron: “Fataawa al-Lajnah ad-Daa'imah lil-Buhoeth al-'Ilmiyyah wa-Iftaa" (Volume 11, blz. 23, Fatwa Nummer 10938).

    Fatwa 6:

    De Hadj tijdens zwangerschap

    Geschreven door Het Permanente Comite voor Islaamitisch Onderzoek en Fataawa

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Een vrouw verrichtte de Hadj tijdens haar zwangerschap. Toen ze terug keerde van de hadj, stierf haar (ongeboren) kind. Dus, zullen zij en haar kind beloond worden voor die Hadj?"

    Antwoord:

    “Alleen de vrouw wordt beloond voor de Hadj. Wat haar kind betreft, er is geen Hadj voor hem.

    En bij Allaah ligt alle succes en moge Allaah gebeden en begroetingen sturen over onze Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) en zijn familie en zijn metgezellen."

    Arabische bron: “Fataawa al-Lajnah ad-Daa'imah lil-Buhoeth al-'Ilmiyyah wa-Iftaa" (Volume 11, blz. 16, Fatwa Nummer 2177)

    Fatwa 7:

    De regelgeving betreffende het verrichten van tawaaf rond de kamer van de Profeet

    Geschreven door Shaych Mohammed bin Saalih al-'Othaymien

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Wat is de regelgeving betreffende het verrichten van tawaaf rond de kamer van de Profeet (salallaahoe alayhie wasellem)?"

    Antwoord:

    “Sommige bezoekers van “al-Masjdied an-Nabawie", verrichten tawaaf rond het graf van de Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) en raken de kooiconstructie van de kamer aan, en zo ook de muren, en zeer mogelijk is dat zij het ook kussen en hun wangen erop plaatsen. Dit allemaal is een verfoeilijke innovatie! Want voorzeker, het verrichten van tawaaf rond iets ander dan de Ka'bah is niet toegestaan (haraam); tevens is het aanraken, kussen en plaatsen van de wangen voorgeschreven voor een specifieke plek op de Ka'bah (tussen al-Hadjar al-Aswad en de deur van de Ka'bah). Dus, het aanbidden van Allaah op deze manier, op de muren van de kamer, zal de persoon in niets doen toenemen behalve in afstand tussen hem en Allaah."

    Arabische bron: “Al-Bid'u wal-Muhdathaat wa maa laa Asla lahoe" (blz. 403)

    Fatwa 8:

    Betreffende het synchronisch verrichten van de Telbiyyah (Hadj en 'Omrah Dhikr)in een groep

    Geschreven door Shaych Mohammed bin Saalih al-'Othaymien

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Wat is de regelgeving betreffende het synchronisch verrichten van de telbiyyah (het zeggen van “Labeek Allaahoemaa Labeek" gedurende de Hadj en de 'Oemrah) in een groep?"

    Antwoord:

    “Sommige van de pelgrims verrichten de telbiyyah synchronisch in een groep, dus dan is er één van hen oftewel aan de voorkant, of in het midden of aan de achterkant en verricht de telbiyyah terwijl alle anderen hem gelijktijdig volgen. En dit is niet overgeleverd op autoriteit van (ook maar één enkele van) de metgezellen. Sterker nog, Anas ibn Malik (radie Allaahoe 'anhoe) heeft gezegd:

    “Wij waren met de Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) (op de Hadj al-Wadaa' (afscheidsbedevaart)) en onder ons waren er die “Allaahoe Akhbar" reciteerden, en er waren er die “Laa Ilaaha ill-Allaah" reciteerden, en er waren er die de telbiyyah reciteerden."

    Dit is (hetgeen wat) de moslims voorgeschreven is, waarbij eenieder de telbiyyah apart verricht, zonder het gezamenlijk te doen met anderen."

    Arabische bron: “Al-Bid'u wal-Muhdathaat wa maa laa Asla lahoe" (blz. 394), “Fiqh al-'Ibaadaat" (blz. 343)

    Fatwa 9:

    Innovaties betreffende het bezoeken van het graf van de Boodschapper (salallaahoe alayhie wasellem)

    Geschreven door Shaych Saalih al-Fawzaan

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Zijn er enige innovaties waar sommige mensen in terechtkomen (wanneer) zij bij het graf van de Boodschapper (salallaahoe alayhie wasellem) zijn?"

    Antwoord:

    “Van de innovaties die zich voordoen bij het graf van de Boodschapper (salallaahoe alayhie wasellem) is het veelvuldige bezoeken. Bijvoorbeeld, wanneer hij (iemand) de moskee binnentreedt, dan gaat hij “Salaam" tegen hem zeggen en dicht bij het graf zitten. De Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) heeft gezegd:

    “Neem mijn graf niet als plaatst van (veelvuldige) bezoeken."

    [Moesnad Ahmed, Moesannaf 'Abdur-Razzaaq] Beter gezegd, het is aanbevolen voor degene die aankomt na een reis om het te bezoeken. Tevens, van de innovaties die zich voordoen bij het graf van de Boodschapper (salallaahoe alayhie wasellem) of een ander graf, is de veronderstelling dat de smeekgebeden daar geaccepteerd wordt. Integendeel, het is voorgeschreven om begroetingen over hem (salallaahoe alayhie wasellem) te sturen, en als hij smeekgebeden wil verrichten dan hoort dit gedaan te worden in een willekeurig gedeelte van de moskee, en als men het na het gebed doet dan is dat het beste. Van hetgeen dat voorkomt maar afkeurenswaardig is om te doen bij het graf van de Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) is het verheffen van de stem, en van hem (de Boodschapper (salallaahoe alayhie wasellem)) te verzoeken dat hij zijn behoeften vervult. Dit is een (daad) van grote Shirk, en het is verplicht om er voor op te passen."

    Arabische bron: “Al-Bid'u wal-Muhdathaat wa maa laa Asla lahoe" (blz. 240), “Majallah ad-Da'wah" (Num. 1612, blz. 37).

    Laatst geupdate op ( Monday 10 December 2007 )

    Fatwa 10:

    De Hadj van degene die niet bidt

    Geschreven door Shaych 'Abdoel-'Aziez bin Baaz

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Wat is de regelgeving met betrekking tot degene die de Hadj verricht, terwijl hij het gebed niet verricht, of het nou met opzet gebeurt (wanneer hij geloofd dat hij dat niet hoeft) of dat hij het door nalatigheid niet verricht? Is zijn Hadj acceptabel?"

    Antwoord:

    “Eenieder die de Hadj verricht terwijl hij niet bidt omdat hij geloofd dat het niet verplicht voor hem is, dan heeft hij ongeloof begaan, waarover een consensus is, en zijn Hadj wordt niet geaccepteerd. Desondanks, als hij niet bidt uit luiheid of nalatigheid, dan is er (in dit geval) een verschil van mening onder de mensen van kennis. Van onder hen zijn er, die zijn Hadj als correct beschouwen, en (aan de andere kant) zijn er onder hen, degenen die zijn Hadj als incorrect beschouwen. En hetgeen dat correct is, is dat het niet geaccepteerd wordt, omdat de Profeet (salallaahoe 'alayhie wasellem) heeft gezegd:

    “Het verbond dat tussen hen (de ongelovigen) en ons is, is het gebed. Eenieder die het verlaat heeft koefr begaan."

    En hij (salallaahoe 'alayhie wasellem) heeft ook gezegd:

    “Tussen een man en ongeloof en polytheïsme is het verlaten van het gebed."

    En dit is in het algemeen en het omvat zowel degene die geloofd dat het niet verplicht is als degene die niet bidt uit luiheid of nalatigheid.

    En bij Allaah ligt alle succes en moge Allaah gebeden en begroetingen sturen over onze Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) en zijn familie en zijn metgezellen."

    Arabische bron: “Fataawa al-Hajj wal-'Oemrah waz-Ziyaarah" (blz. 15)

    Laatst geupdate op ( Monday 10 December 2007 )

    Fatwa 11:

    Betreffende het gedrag van sommige pelgrims nadat zij teruggekeerd zijn naar hun huizen na de Hadj

    Geschreven door Het Permanente Comite voor Islaamitisch Onderzoek en Fataawa

    Monday 10 December 2007

    Vraag:

    “Sommige van de pelgrims, wanneer zij teruggekeerd zijn van het Heilige Land en terug in hun landen zijn, dan blijven zij vervolgens voor een week lang thuis zonder naar buiten te gaan, zelfs voor geen enkele noodzakelijkheid, noch (voor het naar buiten gaan naar de moskee) om te bidden, en de mensen komen langs om smeekgebeden voor hen te maken. is dit van de Soennah?"

    Antwoord:

    “Dit is niet van de Soennah, het is zelfs een innovatie en eenieder die gelooft dat dit een Soennah is die begaat een fout. Wat hetgeen betreft dat zij in hun huizen blijven zonder de gezamenlijke gebeden bij te wonen, dan is dit niet toegestaan, behalve voor een Islaamitisch acceptabele reden. Maar voor hetgeen dat vermeld staat, dan is dit geen acceptabele (reden), en zij zijn daarom zondig doordat zij deze gebeden niet bijwonen.

    En bij Allaah ligt alle succes en moge Allaah gebeden en begroetingen sturen over onze Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) en zijn familie en zijn metgezellen."

    Arabische bron: “Al-Bid'u wal-Muhdathaat wa maa laa Asla lahoe" (blz. 406)

    Laatst geupdate op ( Monday 10 December 2007 )

    Fatwa 11:

    Het jaar waarin de Hadj begon

    Geschreven door Het Permanente Comite voor Islaamitisch Onderzoek en Fataawa

    Monday 16 July 2007

    Vraag:

    “Wat is de juiste mening betreffende het Hidjrie-jaartal waarin de Hadj begon (waarin het verplicht werd gesteld)?"

    Antwoord:

    “De geleerden verschillen van mening over het jaartal waarin het verplicht werd gesteld. Want, het wordt gezegd; in het vijfde jaar, en het wordt gezegd; in het zesde jaar, en het wordt gezegd; in het negende jaar, maar het wordt ook gezegd; in het tiende jaar. En wat het meest dichtbij is aan hetgeen dat correct is, zijn de twee laatste meningen en dat het dus waarschijnlijk in het negende of tiende jaar na Hidjrah verplicht is gesteld.

    En bij Allaah ligt alle succes en moge Allaah gebeden en begroetingen sturen over onze Profeet (salallaahoe alayhie wasellem) en zijn familie en zijn metgezellen."

    Bron: “Fataawa al-Lajnah ad-Daa'imah lil-Buhoeth al-'Ilmiyyah wa-Iftaa"

    (Volume 11, blz. 10, Fatwa Nummer 4624)

    Laatst geupdate op ( Monday 16 July 2007 )

    Een korte beschrijving De Hadj (de bedevaart naar het Huis van Allaah)

    Geschreven door Shaychoel-Islaam Ibn Qayyim al-Djawziyyah

    Het woord hadj betekent, letterlijk; zich naar een plaats begeven om het te bezoeken, maar in de terminologie van de Islaamitische Sharia wordt ermee bedoeld; zich begeven naar Bait-Allaah (het Huis van Allaah, één van de namen van de Ka'bah) om de noodzakelijke aanbiddingen te verrichten. De hadj is geen nieuwe instelling die geïntroduceerd is door de Islaam en zijn Sharia, deze instelling is zo oud als de Ka'bah zelf, hetgeen in de Heilige Qor'aan (op de volgende manier) beschreven staat;

    {Het eerste Huis van Verheven Aanbidding dat voor de mensheid voorgeschreven is.} (Soerah Aal-Imraan 3:95)

    Dit Vers bevestigt de hadieth die ons uitlegt dat de Ka'bah het eerst gebouwd werd door Adam ('alayhie salaam), de eerste man op aarde.

    De gehele plechtigheid van de hadj is een herdenking van de handelingen van toewijding van de Profeet Ibrahiem en zijn familie, aan Allaah de Almachtige. Dit toont aan dat de Profeet Mohammed (salallaahoe 'alayhie wasellem) met deze instelling geen nieuwigheid heeft ingevoerd, maar het gezuiverd heeft van alle kwaadaardige gebruiken, en heeft het een verplichte handeling van vroomheid gemaakt waardoor men taqwa kan ontwikkelen. Vandaar dat het één van de vijf pillaren van het geloof is, en een plicht voor elke gelovige, mits hij er fysiek en financieel toe in staat is. Bedevaart wordt terrecht de perfectie van het geloof genoemd, omdat het een combinatie is van alle kenmerkende kwaliteiten van andere verplichte handelingen, zoals gebed, geduld, gemis aan de genoegens van het leven, toewijding, zakaat (aalmoezen) en smeekbeden. In feite vormt de lichamelijke bedevaart een inleiding tot de geestelijke bedevaart tot Allaah, wanneer een man alles van de wereld vaarwel zegt en zichzelf voor Hem presenteert als Zijn nederige dienaar, zeggende:

    “Hier sta ik voor ﷻ‬, mijn Heer, zijnde een slaaf voor ﷻ‬."

    De rites die verbonden zijn met de bedevaart zijn verdeeld in twee soorten:

    'Oemrah (kleine bedevaart) wordt door de individu op een willekeurige datum naar wens verricht, behalve tijdens de tijd van de officiële bedevaart.

    Hadj (officiële bedevaart) hetgeen verricht moet worden op een specifieke datum en in gezelschap van de andere pelgrims. Het vindt plaats tijdens de maanden van Shawwal, Dhoel-Qua'da en Dhoel-Hidjaa (de laatste drie maanden van de Hidjrie kalender).

    Het Mekkaans gebied is heilig (Al-Haram). De pelgrims betreden dit grondgebied, zijnde in een staat van ihraam (men treedt een staat binnen, waarin men verboden is om bepaalde handelingen te verrichten die daarvoor wel toegestaan waren. In technische termen houdt het in; het ondernemen van de hadj of de 'oemrah). Al-ihraam brengt met zich mee dat men een speciaal kledingstuk draagt. Betreffende dit onderwerp is er een consensus dat het voor een pelgrim niet is toegestaan om genaaide kleren te dragen, noch (is het voor hem toegestaan) om zijn hoofd of handen te bedekken. Wanneer hij kousen of schoenen draagt dan moeten deze onder de enkels blijven. Dit wordt gedaan om een gevoel van nederigheid te creëren en een gevoel van broederschap onder de moslims. Al-ihraam of het kledingstuk van de pelgrims bestaat uit twee zeemloze (ongenaaide) lappen witte wollen of katoenen stof, waarvan men er één om de taille windt en zodat het tot over de knieën rijkt, terwijl de andere losjes over de schouders geworpen wordt, en het hoofd onbedekt blijft. Deze kleding is voor mannen, terwijl vrouwen hun hele lichaam moeten bedekken behalve het gezicht,[1] de handen en de voeten. En voordat men deze heilige kleding aantrekt, moet de pelgrim een reiniging ondergaan (ghoesl voor grote reiniging en zijn haren worden geschoren). Een man in ihraam wordt ingewijd; hij mag niet jagen, planten plukken, bloed afstaan, noch seksuele omgang hebben. Nadat de pelgrim zich in een staat van ihraam heeft gebracht draagt hij een gebed voor en spreekt hij tegelijkertijd zijn intentie uit voor het maken van de 'oemrah en de hadj, of alleen één van beide, naar gelang van de omstandigheid. Vervolgens begint hij met luide stem “Labeik" uit te spreken, hetgeen betekent; “Tot Uw beschikking". Deze uitspraak wordt veelvuldig herhaald tot aan het begin van de ceremonie van het gooien van de stenen.

    Wanneer men in Mekka aangekomen is, circuleert de pelgrim zeven keer de Ka'bah (tawwaf), en treedt het hof van het heiligdom binnen, kust de Zwarte Steen en raakt het aan[2]. Wanneer de pelgrim het heiligdom verlaat spreekt hij zijn intentie uit (dat is fout)

    voor het verrichten van het ritueel van as-sa'i, hetgeen bestaat uit enkele malen (zeven keer heen en terug) de twee heuvels van Mekka te passeren; Safa en Marwa. Een gedeelte van de route wordt afgelegd door op een drafje te lopen.

    Deze bezoeken voltooien de rites van de 'oemrah. Als de pelgrim geen verdere intentie heeft voor het verrichten van de officiële hadj, dan scheert hij zijn hoofd als teken dat hij vrij is van verdere rituele verboden. Anderzijds, als hij de intentie heeft om verder te gaan met de hadj, dan behoudt hij zijn ihraam en neemt hij de volgende regels in acht:

    Op de achtste dag van Dhoel-Hidjaa, gaat de pelgrim naar Mina.

    Op de ochtend van de negende dag stopt hij bij (de heuvel van) 'Arafat; waar de pelgrims de heuvel opklimmen roepende: “Labeik, Labeik (Hier kom ik naar ﷻ‬ (Allaah))".[3]

    Nadat de zon voorbij het hoogste punt is, daalt de leider (imaam) van de bedevaart de heuvel van 'Arafat af, waar hij een preek houdt[4] en vrome smeekbeden reciteert temidden van grote ontroering (van de aanwezige mensen). Wanneer de zon onder gegaan is, begint de 'iefféda. Dit is een snelle verplaatsing richting de Moezdalifa-vlakten waar de pelgrims hun nacht doorbrengen.

    Vroeg in de ochtend op de tiende dag wordt er een gezamelijk (fadjr) gebed gehouden, gevolgd door een preek, waarna de pelgrims zich naar Mina begeven. De dag wordt gekenmerkt door drie verschillende rituelen:

    Elke pelgrim draagt enkele stenen van Moezdalifah met zich mee. Wanneer men de bijeenkomst bereikt, gooit iedere pelgrim zijn stenen (djamraat) op elke hoop met stenen van Mina (djamrat al-aqaba, al-djamrat al-woestat, al-djamrat al-soeghra).[5] Het gooien van de stenen is een lichamelijke beweging dat uitdrukking brengt aan het spirituele streven om satan te overwinnen en zijn kwaadaardige plannen af te weren.

    Elke pelgrim offert een offerdier[6] (in dit geval een geit)[7] dat geslacht wordt, en het vlees dient onder de armen verdeeld te worden.

    Tot slot scheert (of knipt) de pelgrim nog eens zijn haar. Hij is dan in een staat van semi-inwijding (tahalloel). Zijn volledige inwijding wordt bereikt nadat hij de rest van de heilige plaatsen van Mekka heeft bezocht...

    Bron: Moekhtasar Zaad al-Ma'aad

    [1] Voetnoot www.ahloelhadieth.com: Het grootste gedeelte van de geleerden van Ahloes-Soennah zijn het er echter over eens dat zij haar gezicht bedekt met een over haar hoofd vallend stuk stof wanneer zij in het bijzijn van vreemde mannen is en er dus kans op fietnah bestaat.
    [2] Voetnoot www.ahloelhadieth.com: Indien mogelijk, en anders wijst men alleen naar de richting van de steen.
    [3] Voetnoot www.ahloelhadieth.com: Het beklimmen van de berg (Ar-Rahmah) is echter geen soennah of een verplichting, want de profeet (salallaahoe 'alayhie wasellem) heeft ons duidelijk gemaakt dat de gehele oppervlakte van 'Arafat een plek voor het staan in aanbidding is. Hij (salallaahoe 'alayhie wasellem) heeft gezegd: "'Arafat is geheel en al een plek om te staan (in aanbidding)." En het is niet bekend dat hij opgedragen heeft aan alle pelgrims om de heuvel te beklimmen. Hij (salallaahoe 'alayhie wasellem) beklom echter de heuvel 'Ar-Rahmah' om zo goed mogelijk gezien en gehoord te worden door de menigte pelgrims. Verder is deze heuvel in vergelijking tot de oppervlakte zo klein dat wanneer iedere pelgrim op de heuvel zou klimmen er een groot probleem van verknellen en verdrukking zou ontstaan. Moge Allaah ons het begrip van de authentieke Soennah onderwijzen! Amien!
    [4] Voetnoot www.ahloelhadieth.com: Tegenwoordig wordt de preek vanuit moskee An-Nimirah (in 'Arafat) aan de andere kant van de oppervlakte gehouden.
    [5] Voetnoot www.ahloelhadieth.com: Er wordt op deze dag echter alleen op de zogeheten 'djamaraat al-'aqabah' geworpen. De rest van de dagen van Mina wordt er wel op al deze djamaraat geworpen.
    [6] Voetnoot www.ahloelhadieth.com: Niet elke pelgrim moet offeren! Alleen de zogeheten Moetamati' en Qaarin pelgrim slachten maar de zogeheten Moefrid pelgrim niet.
    [7] Voetnoot www.ahloelhadieth.com: Het is ook toegestaan om een schaap, koe of kameel te slachten.

    Laatst geupdate op ( Monday 16 July 2007 )