×
In dit artikel zijn wijsheden verzameld van de grote geleerde Ibn al Qayyim al-Jawziyyah (Geb. 691 / 1292 n. Chr. ) uit verschillende boeken die hij geschreven heeft.

 De wijsheden van Ibn al Qayyim al-Jawziyyah

In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle

 De vallen van Sheitan (de duivel)

Ibn Qayyim al-Djawziyyah (uit:"Genezing van de harten" (verkort))

Iblies, de vervloekte, heeft zes manieren om je hart binnen te vallen dat zich alleen aan Allah hoort vast te klampen. Ken deze manieren, opdat je attent zult blijven en je kunt achterhalen hoever Iblies jou in zijn macht heeft.

 Wijze één:

Allereerst zal hij trachten jou Kufr (ongeloof) of Shirk (afgoderij) te laten begaan (en vijandigheid tegenover Allah en Zijn Boodschapperr). Wanneer je dit doet, neemt hij de rust en maakt zich geen zorgen meer over jou.

 Wijze twee:

Als jij je weet vrij te maken van het eerste, maakt hij voor jou de religieuze innovatie schoonschijnend, hetzij een religieuze innovatie in de vorm van een daad of een uitspraak. Hij zal jou doen geloven dat je op de waarheid zit en je vergeet dat elke innovatie een dwaling is en elke dwaling tot het Hellevuur leidt. (Bid3ah (religieuze innovatie) is een poort naar Kufr en Shirk.)

 Wijze drie:

Weet jij niet te vallen voor de eerste twee zaken, dan stapt hij over naar de derde kwestie en dat is; jou een grote zonde laten begaan. Berouw tonen en het smeken om vergeving zullen er echter voor zorgen dat Allah je zal vergeven, zoals de mensen van kennis zeiden: Er is geen sprake van een kleine zonde wanneer men dit voortdurend verricht en niet van een grote zonde wanneer men om vergeving vraagt.

 Wijze vier:

Weet jij je vrij te waren van de voorgaande zaken, dan komt hij met een kleine zonde die constant bij jou is, zodat die jouw goede daden en de hoogte van jouw positie in het Paradijs met de waarachtigen en de martelaren vermindert. Maar met de Wil van Allah zullen deze kleine zonden vergeven worden.

 Wijze vijf:

Als je berouw hebt getoond voor al het voorgaande, dan bevind jij je in een hoge positie die Iblies jou niet gunt. Waarna hij op de vijfde wijze tot jou komt; hij laat jou bezig houden met daden met de geringste beloning in plaats van de daden met de meeste beloning. Zo zal hij jou bijvoorbeeld bezig houden met het verwijderen van iets schadelijks van de straat. Ondanks het feit dat dit een onderdeel van het geloof is, is het weliswaar niet het hoogste onderdeel van het geloof, enzovoort.

 Wijze zes en tevens de laatste:

Weet jij jou te hoeden voor dit alles, dan gebruikt hij de moeilijkste en krachtigste manier, waarvoor zelfs de profeten (vrede zij met hen) zich niet konden hoeden; het aansporen van de familieleden, naasten en de mensen om je heen tot het uitschelden, beledigen en het berokkenen van schade aan jou.

Weet jij nu wat jouw positie is bij Iblies, de vervloekte?


 Een ontmoeting met Allah

Ibn al Qayyim al-Djawziyyah (uit: Haadi al-Arwaah ilaa Bilaad il-Afraah, p. 193)

Ibn al Qayyim heeft gezegd:

En als je vraagt over de Dag van Vermeerdering (in beloning) en het bezoek van De Almachtige, De Prijzenswaardige en het aangezicht van Zijn Gezicht - vrij van elke vergelijking of gelijkenis met wat dan ook.

Een uitspraak terug te leiden naar de waarachtige Profeet ﷺ‬, en zo zal het dus gebeuren, luister op de Dag dat de roeper zal roepen: 'O mensen van het Paradijs! Jullie Heer - Verheerlijkt en Verheven - nodigt jullie uit om Hem te bezoeken, dus haast je om Hem te bezoeken!' Zij zullen zeggen: 'Wij horen en gehoorzamen!' Totdat, wanneer zij zich haasten naar hun afgesproken plaatsen, om eindelijk de wijde valei te bereiken waar zij allen zullen ontmoeten. En niemand van hen zal het verzoek van de roeper afwijzen. De Heer - Verheerlijkt en Verheven - zal bevelen dat Zijn Kursi (zetel) daar wordt gebracht. Dan, verschijnen er kanselen van licht... En ook kanselen van Parels... kanselen van Edelstenen... kanselen van Goud... En kanselen van Zilver. De laagste van hen in rang zullen zitten op lakens van Musk! en zullen niet zien wat is gegeven aan degenen op de stoelen boven hen. Wanneer ze comfortable zitten en geborgen op hun plaatsen, en de roeper roept: 'O mensen van het Paradijs! Jullie hebben een afspraak met Allah, in welke Hij jullie wenst te belonen!' Dus zullen zij zeggen: 'En wat is de beloning? Heeft Hij onze gezichten niet al schijnend gemaakt, onze (weeg)schalen zwaar gemaakt, ons in het Paradijs toegelaten... en ons verwijderd van het Vuur (bij het Vuur vandaan gehaald)?' En wanneer (en terwijl) zij zo zijn... Schijnt er plotseling een licht dat het hele Paradijs omvat! Dus heffen zij hun hoofden, en aanschouwen: De Onweerstaanbare! (Al-Jabbar) Aanschouw: De Onweerstaanbare - Verheven is Hij en Heilig zijn Zijn namen - is bij hen gekomen van boven hen en heeft erge indruk op hen gemaakt. En zegt: 'O mensen van het Paradijs! Vrede zij met jullie!' Dus, deze groet zal niet worden beantwoord met iets beters dan: 'O Allah! ﷻ‬ bent Vrede, en van ﷻ‬ komt Vrede! Verheerlijkt bent ﷻ‬, O bezitter van Majesteit (Grootsheid) en Eer!' Dus de Heer - Verheerlijkt en Verheven - zal naar hen lachen en zeggen: 'O mensen van het Paradijs! Waar zijn degenen die Mij gehoorzaamden, zonder Mij ooit te hebben gezien? Dit is de Dag van Vermeerdering!' Dus, zij zullen allen hetzelfde antwoord geven: 'Wij zijn tevreden, dus wees tevreden met ons!' Dus, Hij zal zeggen: 'O mensen van het Paradijs! Als Ik niet tevreden met jullie was, dan zou Ik jullie niet tot de bewoners van Mijn Paradijs hebben gemaakt! Dus, vraag van Mij!' Dus, zij zullen allen hetzelfde antwoord geven: 'Laat ons Uw Gezicht zien, opdat wij het kunnen aanschouwen!' Dus, De Heer - Machtig en Groots - zal zijn bedekking verwijderen... ...en zal indruk op hen maken en zal hen bedekken met Zijn Licht welke, als Allah - De Verhevene - niet had gewild dat het hen niet zou verbranden - het hen zou hebben verbrand. En er zal niet een persoon in deze bijeenkomst worden uitgezonderd of zijn Heer - De Verhevene - zal tot hem spreken en zeggen: 'Herinner jij je de dag dat jij dit en dat deed?' ...En Hij zal hem herinneren aan enkele van zijn slechte daden in het wereldse leven, dus zal hij (de persoon) zeggen: 'O Heer! Zul jij mij niet vergeven?' Dus, Hij zal zeggen: 'Natuurlijk!... Natuurlijk! Jij hebt deze positie niet bereikt (in het Paradijs) behalve door Mijn vergiffenis.'

Hoe zoet is deze toespraak voor de oren. En hoe gekoeld zijn de oprechte ogen bij het zien van Zijn Nobele Gezicht in het Hiernamaals.

[Gezichten zullen op die Dag verlicht zijn. Naar hun Heer zullen zij zien]

[Al-Qiyaamah: 22-23]


 De tekenen van het hart

Ibn al Qayyim al-Djawziyyah

Men moet als doel hebben om het hart te reinigen, aangezien het de sleutel is tot het correcte gedrag in dit leven en het winnen van het genoegen van Allah en het Paradijs in het volgende leven. Er zijn tekenen die je kunt waarnemen in jezelf, waarmee je kunt bepalen of je hart schoon (zuiver) en gezond is of niet. Vele van deze tekenen laten zien dat de schone (zuivere) en gezonde hart niet neigt naar deze wereld, maar dat het gehecht is aan Allah en het Hiernamaals.

Deze tekenen zijn besproken door ibn al-Qayyim en bevatten de volgende:

  1. De persoon beschouwt zichzelf als behorende tot de volgende wereld en niet deze wereld. Hij is een vreemdeling op deze wereld en kan niet wachten om zijn woonplaats in het Hiernamaals te bereiken.
  2. De persoon is verontrust (overstuur) wanneer, en iedere keer, dat hij een zonde begaat totdat hij volledig berouw heeft getoond tegenover Allah.
  3. Als de persoon zijn dagelijkse Koran recitatie of dhikr (het gedenken van Allah) mist, dan is diegene meer verontrust en ongelukkig dan wanneer hij rijkdom (geld e.d.) verliest.
  4. De individu heeft een plezier in het aanbidden van Allah, dat veel groter is dan elke plezier die hij vindt in het eten of drinken.
  5. Wanneer de persoon begint te bidden, dan verlaten zijn zorgen van deze wereld hem. (commentaar van de vertaler: Tot op zekere hoogte is dit iets onvermijdelijks, maar wanneer we zien dat het grootste deel van de tijd gedurende het gebed onze gedachten bij onze zorgen e.d. zitten en we weinig tot geen concentratie hebben gedurende het gebed, dan is dat een teken van een ongezond hart. Zie ook videolezing 'Foundations of Belief')
  6. Zijn enige zorgen betreffen Allah en het handelen omwille van Allah.
  7. Hij is bezorgder om het verspillen van tijd en gieriger als het gaat om het verspillen van tijd, dan een gierige persoon is met betrekking tot zijn rijkdom. Tijd is een sleutel element dat iedereen moet gebruiken voor het aanbidden van Allah. Allah zegent vaak mensen met vrije tijd en toch hebben ze geen idee hoe ze dit moeten gebruiken, dus verspillen ze het.
  8. De persoon is bezorgder om de correctheid van zijn daad, dan hij is om de uitvoering van de daad zelf.

Tegelijkertijd zijn er vele tekenen dat de hart van een persoon onzuiver (vies) of ziek is. Het is belangrijk om deze tekenen te zien en het hart te genezen. Veel mensen zijn bezorgd om de fysieke gezondheid van het hart. Als hun bloeddruk stijgt, zullen ze direct op zoek gaan naar hulp. Maar, de belangrijkere aspect is niet de fysieke gezondheid van het hart, maar de spirituele gezondheid van het hart. Dit betekent niet, dat men de fysieke gezondheid van het hart moet verwaarlozen. Het betekent echter wel, dat als men alleen bezig is met het verzorgen van de fysieke gezondheid van het hart, dat diegene de belangrijkere element verwaarloost, de element die nog belangrijker is voor zijn gezondheid in dit leven en het Hiernamaals.

Ibn al-Qayyim heeft ook de tekenen die aangeven dat er een ziekte is in het hart besproken. Deze tekenen bevatten de volgende:

  1. Deze persoon voelt geen pijn wanneer hij slechte daden (zonden) begaat.
  2. De individu vindt plezier in het verrichten van daden van ongehoorzaamheid aan Allah en rust na het uitoefenen van deze daden.
  3. De persoon let op de minder belangrijke zaken en maakt zich geen zorgen (het kan diegene niets schelen) om de belangrijkere zaken. Als een hart gezond is, dan zal het kijken naar het belang van de persoon en wat het beste voor diegene is. Wanneer belangrijke zaken het hart niks kunnen schelen, dan is dit een duidelijk teken dat het niet alleen ziek is, maar waarschijnlijk dood.
  4. De persoon houdt niet van de waarheid en heeft moeite met het te accepteren en zich er aan te onderwerpen.
  5. Deze persoon vindt geen rust (gemak) in het gezelschap van rechtschapen mensen, maar vindt veel troost en vrede bij slechte mensen en zondaars.
  6. De persoon kan makkelijk worden beinvloed met betrekking tot misvattingen en twijfel. Hij voelt zich aangetrokken tot discussies, debatten en argumenten die omgeven zijn door zulke misvattingen, in plaats van het lezen van de Koran en andere daden die voordeel zullen hebben. (Dit kan tegenwoordig ook gezien worden onder moslims, vooral op internet.)
  7. De persoon wordt niet geroerd (dus het heeft geen effect op hem) door welke vorm van vermaning ook. Sommige mensen, kunnen bijv luisteren naar Khutba's op vrijdag - zelfs uitstekende - terwijl dit helemaal geen effect op hen heeft. Dit is nog een teken, dat het hart ziek is of misschien zelfs dood.

 Gevangen genomen, gevangen gezet en vastgeketend

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (uit: Al-Jawab al-Kafi)

Ibn al-Qayyim (rahimahullaah) heeft gezegd:

En onder de effecten daarvan zit, dat de ongehoorzame (zondaar) constant in de boeien van zijn Shaytaan zit en de gevangenis van zijn shahwa (lusten) en de ketenen/boeien van zijn hawaa (begeertes). Dus hij is een gevangene, iemand die is gevangen gezet en die is vastgeketend. Er is geen gevangene in een ergere staat, dan degene die is gevangen door zijn ergste vijand en er is geen gevangenis zo nauw als de gevangenis van hawa (begeerte) en er zijn geen ketenen/boeien zo sterk als de ketenen van de lusten. Hoe dan, zal een hart dat is gevangen genomen, gevangen gezet (in een gevangenis) en vastgeketend, een reis maken naar Allah en het Huis van het Hiernamaals. Hoe zal een persoon een stap naar voren zetten wanneer het hart van grenzen is voorzien en van alle kanten benadert wordt door schadelijke zaken. De schadelijke zaken benaderen het dusdanig dat het is vastgebonden [dus in een gevangenis gezet door zijn lusten en begeertes..].

Het voorbeeld van het hart is als het voorbeeld van een vogel. Iedere keer dat het (op)stijgt, raakt het ver van de schadelijke dingen/zaken en iedere keer dat het (neer)daalt schaden de schadelijke dingen het. In een hadeeth komt het voor dat Shaytaan als een wolf is voor mensen. Zoals wanneer een schaap geen beschermer heeft en tussen vele wolven zit, zijn zij (de wolven) snel in het veroorzaken van schade en leed; zo ook de dienaar die geen bescherming heeft van Allah, dan zal zijn wolf [dus zijn lusten, begeertes etc.] voor hem een roofdier zijn. Dus, er is geen andere uitweg voor de dienaar dan het hebben van bescherming van Allah. Taqwaa is een bescherming voor hem en een sterke schild tussen hem en de bestraffing van deze wereld en die van het Hiernamaals.

Iedere keer dat een schaap dichtbij de herder is, is het veiliger tegen de wolf en iedere keer dat het afstand neemt van de herder, is het dichter bij de vernietiging. Dus de belangrijkste plek voor de schaap is, wanneer het dichtbij de herder is, want de wolf neemt de eenzame van de kudde en dit is die (de schaap) van de kudde, die het verst bij de herder vandaan is. De basis van dit alles is, dat iedere keer dat het hart ver van Allah is, de schadelijke zaken snel zijn in het benaderen ervan (van het hart) en iedere keer dat het dichtbij Allah is, raken de schadelijke zaken er ver van verwijderd.

Verwijdering van Allah heeft gradaties, waarvan sommigen erger zijn dan anderen. Achteloosheid verwijdert de dienaar van Allah en sommige daden van ongehoorzaamheid zijn erger dan sommige daden van achteloosheid. Sommige innovatie's (in het geloof) zijn groter dan sommige daden van ongehoorzaamheid en sommige zaken van hypocrisie (huichelarij) en Shirk (afgoderij) zijn groter dan alles hiervoor.


 De effecten (gevolgen) van zonden

(uit: "al-Jawab al Kafi") Ibn al-Qayyim al Jawziyyah

1. Het verhindert kennis: Kennis is een licht welke Allah gooit in de harten en ongehoorzaamheid dooft dit licht.

Imaam Shaafi'ee heeft gezegd:

Ik klaagde bij Wakee' over de zwakheid van mijn geheugen Dus beval hij mij om ongehoorzaamheid te verlaten En informeerde mij dat de kennis licht is En dat de licht van Allah niet gegeven wordt aan de ongehoorzame

2. Het verhindert levensonderhoud: Net zoals Taqwaa zorgt voor levensonderhoud, zorgt het verlaten van Taqwaa voor armoede. Er is niets wat levensonderhoud kan brengen zoals het verlaten van ongehoorzaamheid.

3. Het verhindert gehoorzaamheid (aan Allah): Als er geen andere bestraffing voor zonden was dan dat het gehoorzaamheid aan Allah verhindert, dan zou dat voldoende zijn geweest.

4. Ongehoorzaamheid verzwakt het hart en de lichaam. Dat het het hart verzwakt is iets wat duidelijk is. Ongehoorzaamheid stopt het verzwakken niet totdat het hart volledig het leven laat (d.w.z dood gaat).

5. Ongehoorzaamheid verkort het levensduur en vernietigd alle zegeningen. Net zoals rechtschapenheid het levensduur verlengt, verkort het zondigen het.

6. Ongehoorzaamheid zaait zijn eigen zaadjes en baart zichzelf totdat het zich ervan scheiden en het eruit komen moeilijk wordt voor de dienaar.

7. Zonden verzwakken de wil en vastberadenheid van het hart zodat het verlangen naar ongehoorzaamheid sterk wordt en het verlangen om berouw te tonen beetje bij beetje zwak wordt, totdat het verlangen om berouw te tonen volledig uit het hart is verwijderd.

8. Iedere soort ongehoorzaamheid is een erfenis van een natie (volk) van de naties die door Allah zijn vernietigd. Sodomie (homosexualiteit e.d.) is een erfenis van het volk van Lut; meer nemen dan toegestaan is en geven wat minder is, is een erfenis van het volk van Shu'ayb; het zoeken van aanzien (grootheid) in het land en het veroorzaken van corruptie is een erfenis van het volk van de Farao; en trots/arrogantie en tirannie is een erfenis van het volk van Hud.

9. Ongehoorzaamheid is een oorzaak dat een dienaar wordt veracht door Zijn Heer. Al-Hasan al-Basree (radiallahoe anhoe) heeft gezegd: Zij werden verachtelijk (in Zijn ogen/zicht) dus waren zij Hem ongehoorzaam. Als zij eerbaar waren (in Zijn ogen/zicht) dan zou Hij hen hebben beschermd. Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie):

En wie door Allah vernederd wordt: voor hem zijn er dan geen eerbewijzers.

[Hajj 22:18]

10. De schadelijke effecten van de zondaar beinvloeden (hebben effect op) degenen om hem heen en ook de dieren, waardoor zij worden getroffen door schade.

11. De dienaar gaat door met het begaan van zonden totdat deze erg makkelijk voor hem worden en nietsbetekenend zijn in zijn hart, en dit is een teken van vernietiging. Iedere keer dat een zonde nietsbetekenend wordt in de ogen van de dienaar, wordt het groot in het zicht/ogen van Allah.


Ibn Mas'ood (radiallahoe anhoe) heeft gezegd: Waarlijk, de gelovige ziet zijn zonden alsof hij staat aan het voet van de berg, bang dat deze op hem zal vallen, en de zondaar ziet zijn zonden als een vlieg die voorbij zijn neus vliegt, zo probeert hij deze te verwijderen door met zijn hand heen en weer te bewegen. [Bukhaaree]

12. Ongehoorzaamheid erft vernedering en laagheid. Eer, in zijn geheel, ligt in de gehoorzaamheid van Allah. Abdullaah ibn al-Mubaarak heeft gezegd:

Ik heb gezien dat zonden harten doden En vernedering wordt geërft door ermee door te gaan Het verlaten van zonden doet de harten leven En het voorkomen van je ziel is er beter voor

13. Ongehoorzaamheid bederft het verstand (intellect). Het verstand (intellect) heeft licht en ongehoorzaamheid dooft dit licht. Wanneer het licht van het verstand is gedoofd dan wordt het zwak en onvolmaakt (deficient).

14. Wanneer ongehoorzaamheid toeneemt, dan wordt de hart van de dienaar verzegeld, zo wordt hij een van hen die achteloos zijn. Allah, De Verhevene, zegt (interpretatie):


Nee! Wat zij plachten te doen heeft zelfs hun harten bedekt.

[Mutaffifeen 83:14]

15. Zonden zorgen voor verschillende soorten verderf in het land. Verderf van de wateren, de lucht, planten, vruchten e.d. Allah, De Verhevene, zegt (interpretatie):

Het verderf is op het land en de zee zichtbaar door wat de mensen hebben verricht, zodat Hij hun een gedeelte van wat zij hebben verricht doet proeven. Hopelijk zij zullen berouw tonen.

[Rum 30:41]

16. Het verdwijnen van bescheidenheid, welke de essentie van het leven van het hart is en de basis is van al het goede. Het verdwijnen ervan is het verdwijnen van al het goede. Het is authentiek overgeleverd van de Boodschapper ﷺ‬, dat hij heeft gezegd (interpretatie): Bescheidenheid is het goede, in zijn geheel (helemaal, al het goede)

[Bukhaaree en Muslim].


 Een dichter heeft gezegd:

En bij Allah, er is geen goedheid in het leven of de wereld wanneer bescheidenheid verdwijnt

17. Zonden verzwakken en verkleinen de verheerlijking (vergroting) van Allah, De Almachtige in het hart van de dienaar.

18. Zonden zijn de reden dat Allah Zijn dienaar 'vergeet', verlaat en hem alleen laat (zonder hulp) met zijn ziel en zijn shaytaan (duivel), en hierin zit de vernieting waarvoor geen hoop op redding is.

19. Zonden verwijderen de dienaar uit de 'afdeling' van Ihsaan (het doen wat goed is) en de beloning van degenen die goed doen wordt hem ontzegd. Wanneer Ihsaan het hart vult, dan weerhoudt het het van ongehoorzaamheid.

20. Ongehoorzaamheid zorgt ervoor dat de gunsten (van Allah) ophouden en maakt Zijn wraak geoorloofd. Geen zegening wordt een dienaar ontzegt, behalve vanwege een zonde en geen vergelding is geoorloofd (wettig), behalve ten gevolge van een zonde. Ali (radiallahoe anhoe) heeft gezegd: Geen ontbering (moeilijkheid) is neergedaald behalve ten gevolge van een zonde en het (de ontbering) is niet weggehaald behalve door boetedoening (het tonen van berouw). Allah, De Verhevene, zegt (interpretatie):

En er treft jullie geen ramp, of het is vanwege wat jullie handen hebben verricht, maar Hij vergeeft veel.

 [Shura 42:30]

En Allah, De Verhevene, zegt ook (intepretatie):

Dat is omdat Allah nimmer een genieting die Hij aan een volk heeft geschonken verandert (in een bestraffing), tenzij zij veranderen wat zich bij hen bevindt

[Anfaal 8:53]


 Het poetsen van de harten

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (Al-Waabilus-Sayyib min Kalimit-Tayyib, p.78-82)

Allah - De Allerhoogste - zegt:

"O jullie die geloven, gedenkt Allah veelvuldig!" [Soorah al-Ahzaab 33:41].

"en de mannen en de vrouwen die Allah veelvuldig gedenken"

 [Soorah al-Ahzaab 33:35].

"Wanneer jullie dan jullie (Haddj-)rituelen hebben voltooid, gedenkt dan Allah zoals jullie je vaderen gedenken, of nog intenser."

[Soorah al-Baqarah 2:200].

De verzen bevatten een opdracht om Allah intens en veelvuldig te gedenken, aangezien de aanbidder het gedenken van Allah verschrikkelijk nodig heeft en er niet zonder kan, al is het een ogenblik. Dat komt omdat iedere moment, dat iemand niet besteed aan de dhikr (het gedenken) van Allah, het niet tot nut is voor diegene. Echter, de schade van het verwaarlozen van de dhikr van Allah is veel groter dan elke voordeel die er gehaald kan worden. Een van de 'aarifeen (degenen die veel kennis hebben over Allah) heeft gezegd: “Als een persoon zoveel jaren bezig is met de dhikr van Alaah (het gedenken van Allah), en hij zich er dan voor even van afwendt, dan is datgene wat hij verliest veel groter dan wat hij al heeft gewonnen.”

Al-Bayhaqee levert over van 'Aaishah (radiAllahu 'anhaa) dat de Profeetr heeft gezegd: “Er is geen tijd waarin de zoon van Adam Allah niet gedenkt, of het zal een bron van spijt voor diegene zijn op de Dag des oordeels” [2]

Mu'aadh ibn jabal (radiAllahu 'anhu) levert over dat de Profeetr heeft gezegd: “De mensen van het Paradijs zullen geen spijt hebben (treurig zijn) vanwege iets, behalve voor de momenten dat ze niet bezig waren geweest met de dhikr (het gedenken) van Allah.” [3]

Mu'aadh ibn jabal (radiAllahu 'anhu) levert over dat de Profeetr was gevraagd: Wat voor daad is het meest geliefd bij Allah? Dus antwoordde hij: “Dat je je tong vochtig houdt met de dhikr van Allah, tot je dood.” [4]


[HET POETSEN VAN HET HART]

Abu Dardaa (radiAllahu 'anhu) heeft gezegd: “Voor alles is er een poetsmiddel en de poetsmiddel voor het hart is de dhikr van Allah (het gedenken van Allah).

Al-Bayhaqee levert over van Ibn 'Umar (radiAllahu 'anhu) dat de Profeetr heeft gezegd: “Voor alles is er een poetsmiddel, en de poetsmiddel voor de harten is de dhikr (het gedenken) van Allah. Er is niets meer in staat om een persoon te redden van de bestraffing van Allah dan de dhikr van Allah.” Er werd gevraagd: Niet eens Jihaad op de weg van Allah? Dus hij antwoordde: “Niet eens als je doorging met het slaan met je zwaard totdat deze breekt.” [5]

Er is geen twijfel, dat de harten roestig worden zoals koper en zilveren munten roestig worden. De poetsmiddel tegen [deze roest] is de dhikr van Allah. Dit is omdat [dhikr] is als een poetsmiddel [welke het hart poetst] als een glanzende spiegel. Wanneer men dhikr verlaat, dan komt de roest terug. Maar wanneer men dhikr voortzet, dan is het hart [weer] gepoetst. En harten worden roestig door twee dingen:-

(I) het gedenken van Allah verwaarlozen, en (II) het begaan van zonden.

De poetsmiddel voor deze twee dingen is:-

(I) zoeken naar de vergiffenis van Allah en II) dhikr (het gedenken van Allah).

[WAARHEID MET ONWAARHEID (LEUGENS) VERWARREN]

Wanneer iemand [het gedenken van Allah] het grootste deel van de tijd verwaarloost (veronachtzaamt), dan zal zijn hart roestig worden in overeenstemming met hoe onachtzaam de persoon is. En wanneer deze [vieze] roest zich op het hart stapelt, dan herkent het dingen niet langer zoals deze werkelijk zijn. Dus, het ziet onwaarheid (leugens) alsof het de waarheid is, en waarheid alsof het onwaarheid is. Dit is, omdat de roest de waarneming (perceptie) van het hart verduistert en verwart, en is het dus niet in staat om dingen te herkennen zoals deze werkelijk zijn. Dus terwijl de roest opstapelt, wordt het hart zwarter, en terwijl dit gebeurt wordt het hart bevlekt met deze vieze roest, en wanneer dit gebeurt bederft het de waarneming van het hart en het herkennen van dingen. Het hart accepteert de waarheid dan niet en verwerpt het leugens niet, en dit is de grootste ramp die het hart kan treffen. Het veronachtzamen [van dhikr] en het volgen van lusten en begeertes zijn een directe gevolg van zo een hart, welke verder het licht van het hart dooft en het verblind. Allah – De Allerhoogste – zegt (interpretatie):

“En gehoorzaam niet degene wiens hart Wij Onze gedachtenis hebben doen veronachtzamen en (die) zijn begeerten volgt: en hij is in overtreding in zijn zaak.”

[Soorah al-Kahf 18:28]

[EIGENSCHAPPEN VAN EEN GIDS]

Wanneer een dienaar een andere persoon wil volgen, laat hem dan waarnemen: Is deze persoon van de mensen van dhikr, of van de mensen die [het gedenken van Allah] veronachtzamen (verwaarlozen)? Oordeelt deze persoon in overeenstemming met zijn lusten en begeerten, of door middel van de Openbaring? Dus, als hij oordeelt op grond van zijn lusten en begeerten dan behoort hij tot degenen die onachtzaam zijn; degenen van wie de zaken buiten de grenzen zijn getreden en van wie de daden verloren zijn.

De term furat [welke in de bovenstaande vers voorkomt] is op verschillende manieren uitgelegd. Het is uitgelegd dat het betekent:- (I) het verliezen van de beloningen van de soort daad welke essentieel is om te doen, en waarin succes en vreugde zit; (II) de grenzen van iets overschrijden; (III) vernietigd worden; en (IV) de waarheid tegenwerken. Elke van deze uitspraken staan dichtbij mekaar qua betekenis.

Het punt is, dat Allah – Degene die vrij is van fouten, De Allerhoogste – heeft verboden om al degenen te volgen die zulke eigenschappen bezitten. Dus is het absoluut belangrijk dat een persoon nagaat of zulke eigenschappen te vinden zijn in zijn shaykh, of de persoon wiens voorbeeld hij volgt, of de persoon die hij gehoorzaamt. Als dat zo is, dan moet hij zichzelf distantiëren (uit de buurt blijven) van zo iemand. Maar, als gezien wordt dat de persoon, in de meeste gevallen, bezig is met de dhikr van Allah en het volgen van de Sunnah, en zijn zaken de grenzen niet overschrijden, maar hij verstandig en vastberaden is in zijn zaken, dan zou hij hem stevig moeten vasthouden.

Waarlijk, er is geen verschil tussen de levenden en de doden, behalve in de dhikr (het gedenken) van Allah; aangezien [de Profeet ﷺ‬] heeft gezegd: “Het voorbeeld van iemand die Allah gedenkt en iemand die dat niet doet, is als het voorbeeld van de levenden en de doden.” [6]

Voetnoten

1. Al-Waabilus-Sayyib min Kalimit-Tayyib (p.78-82).

2. Hasan: Overgeleverd door Abu Nu'aym in al-Hiliyatul-Awliyaa (51361-362). Het was authentiek verklaard door Shaykh al-Albaanee in Saheehul-Jaami' (nr.5720).

3. Saheeh: Overgeleverd door lbnus-Sunnee in 'Aml al-Yawma wal-Laylah (nr.3). Verwijs naar Saheehul-Jaami' (nr.5446).

4. Hasan: Overgeleverd door lbn Hibbaan (nr.2318). Het was authentiek verklaard door Saleem al-Hilaalee in Saheeh al-Waabilus-Sayyib (p.80).

5. Saheeh: Overgeleverd door Ahmad (4/352), van Mu'aadh ibn Jabal radiAllahu 'anhu. Het was authentiek verklaard door al-Albaanee in Saheehul-Jaami' (nr.5644).

6. Overgeleverd door al-Bukhaaree (11/208) en Muslim (1/539).

 Vier soorten liefde

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (bronnen staan onder iedere stuk in de tekst)

Ibn al-Qayyim (moge Allah tevreden met hem zijn) heeft over dit onderwerp gezegd: Er zijn vier soorten liefde die we moeten onderscheiden, en degenen die afdwalen dwalen af omdat ze dit onderscheid niet maken. De eerste van deze is, de liefde voor Allah, maar dit alleen is niet voldoende om een persoon te redden van de bestraffing van Allah en om Zijn beloning te ontvangen. De Veelgodendienaars, aanbidders van het kruis, Joden en anderen houden allen van Allah. De tweede (soort liefde) is, liefde voor datgene waar Allah van houdt. Dit is wat een persoon in de Islam zet en uit Kufr (ongeloof). De meest geliefde mensen bij Allah zijn degenen die het meest correct en het meest toegewijd zijn in deze soort liefde. De derde soort is, liefde omwille van Allah, welke een van de vereisten is van de liefde voor datgene waar Allah van houdt. De liefde van een persoon voor datgene waar Allah van houdt kan niet compleet zijn tot diegene ook liefde heeft omwille van Allah. De vierde (soort liefde) is, liefde voor iets naast Allah, en deze liefde heeft te maken met shirk (afgoderij). Iedereen die van dingen houdt naast Allah maar niet omwille van Allah heeft datgene gelijkgesteld (als concurrent) aan Allah. Dit is de liefde van de Mushrikeen (veelgodendienaars). Er blijft een vijfde soort liefde over welke niets te maken heeft met het onderwerp; dit is de natuurlijke liefde, welke de menselijk behoefte is voor datgene wat hoort bij zijn (menselijke) natuur, zoals de liefde van een dorstige persoon voor water en van een hongerige persoon voor voedsel, of de liefde voor slaap, of (de liefde) voor je vrouw en kinderen. Hier is niks mis mee, tenzij het een persoon afleidt van het gedenken van Allah en hem weerhoudt om van Allah te houden. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):

"O jullie die geloven, laat jullie bezittingen en jullie kinderen jullie niet afleiden van het gedenken van Allah."

[al-Munaafiqoon 63:9]

"Mannen die niet door handel en niet door verkoop worden afgeleid van de gedachtenis van Allah"

 [al-Noor 24:37] (Al-Jawaab al-Kaafi, 1/134)


En hij heeft gezegd (moge Allah tevreden met hem zijn): Het verschil tussen liefde omwille van Allah en liefde voor iets naast Allah is een van de belangrijkste verschillen. Iedereen dient dit onderscheid te maken en is ook verplicht om dat te doen. Liefde omwille van Allah is een teken van de perfectie van het geloof, maar liefde voor iets naast Allah is de essentie (kern) van Shirk (afgoderij). Het verschil tussen deze twee is, dat de liefde van een persoon omwille van Allah verbonden is aan zijn liefde voor Allah; als deze liefde sterk wordt in zijn hart, dan sommeert deze liefde dat hij zal houden van datgene waar Allah van houdt. Als hij houdt van datgene waar zijn Heer van houdt en hij houdt van degenen die de vrienden van Allah zijn, dan is dit liefde omwille van Allah. Dus hij houdt van Zijn Boodschappers, Profeten, Engelen en vrienden omdat Allah van hen houdt, en hij haat degenen die hen haten omdat Allah zulke mensen haat. Het teken (eigenschap) van de liefde en haat omwille van Allah is dat zijn (van de persoon) haat voor degene die Allah haat niet eenvoudigweg in liefde zal veranderen omdat deze persoon (die wordt gehaat) hem vriendelijk behandeld, hem een dienst bewijst of in een van zijn behoeftes voorziet; en zijn liefde voor degenen van wie Allah houdt zal niet simpelweg in haat veranderen omdat deze persoon iets doet wat diegene verontrust of pijn doet, of dit nou per ongeluk is of expres, uit gehoorzaamheid voor Allah of omdat de persoon vindt dat hij dat moet doen om de een of andere reden, of omdat de persoon een boosdoener is, die misschien zijn kwaad zal opgeven en berouw zal tonen. De gehele religie draait om vier principes: liefde en haat, en hieruit volgend, handeling (daad) en zelfonthouding. De persoon van wie de liefde en haat, handeling en zelfonthouding, allemaal omwille van Allah zijn, heeft zijn geloof geperfectioneerd zodat wanneer hij (de persoon) houdt van, hij dit (houden van) doet omwille van Allah, wanneer hij haat, hij haat omwille van Allah, wanneer hij iets doet, hij het doet omwille van Allah, en wanneer hij zich van iets onthoudt, hij zich onthoudt omwille van Allah. Wanneer hij in deze vier categorieen tekort schiet, dan schiet hij tekort in zijn geloof en toewijding aan het geloof. Dit is in tegenstelling tot de liefde voor dingen naast Allah, welke uit twee types bestaat. De ene type staat haaks op het principe van Tawheed en is shirk; de andere gaat de perfectie van oprechtheid en liefde tegenover Allah tegen, maar plaatst een persoon niet buiten de Islam.

De eerste soort is als de liefde van de Mushrikeen (veelgodendienaars) voor hun idolen (afgodsbeelden) en goden. Allah zegt (interpretatie van de betekenis):

"En er zijn er onder de mensen die naast Allah afgoden nemen, die zij liefhebben met de liefde als (die) voor Allah"

[al-Baqarah 2:165]

Deze Mushrikeen houden van hun idolen en goden naast Allah zoals zij van Allah houden. Deze liefde en toewijding wordt vergezeld door angst, hoop, aanbidding en smeekbeden. Deze liefde is zuiver Shirk welke Allah niet vergeeft. Geloof kan niet worden geperfectioneerd tenzij een persoon deze idolen beschouwd als vijanden en ze intens haat, en de mensen haat die hen aanbidden, en hen beschouwd als vijanden en zich inspant tegen hen. Dit is de boodschap met welke Allah al Zijn Boodschappers heeft gezonden en al Zijn boeken heeft geopenbaard. Hij heeft de Hel gecreeërd voor de mensen van Shirk die van deze concurrenten houden, en Hij heeft het Paradijs gecreeërd voor degenen die zich tegen hen inspannen en hen omwille van Hem als vijanden beschouwen en om Zijn Tevredenheid te verdienen. Iemand die iets aanbidt van nabij de Troon tot de laagste diepten van de aarde en een god aanneemt en een beschermer naast Allah en een ander wezen toevoegt in zijn aanbidding met Hem, zal worden onteigend door datgene wat hij aanbad (datgene zal dus afstand nemen van zijn aanbidder) wanneer hij het het meest nodig heeft [dus op de Dag des oordeels]. De tweede soort is, liefde voor de dingen die Allah aantrekkelijk heeft gemaakt voor mensen, zoals vrouwen, kinderen, goud, zilver, gebrandmerkte mooie paarden, vee en (goed geploegde) land. Mensen houden van deze dingen met een soort verlangen, zoals de liefde van een hongerige persoon voor voedsel en een dorstige persoon voor water. Deze liefde bestaat uit drie soorten. Als een persoon van deze dingen houdt omwille van Allah en deze dingen ziet als een manier om Allah te gehoorzamen, dan zal hij daarvoor worden beloont; het zal worden meegerekend (beschouwd) als een onderdeel van liefde omwille van Allah en een manier om Hem te bereiken, en hij (deze persoon) zal nog steeds genieten van deze dingen. Dit is hoe de beste van de schepping [dus de Profeet ﷺ‬] was, voor wie vrouwen en parfum in deze wereld geliefd waren gemaakt, en zijn liefde voor deze dingen hielpen hem om meer van Allah te houden en om Zijn Boodschap uit te dragen en Zijn geboden te volbrengen. Als een persoon houdt van deze zaken omdat ze horen bij zijn natuur en zijn eigen verlangens, maar hij deze dingen niet prefereert boven datgene waar Allah van houdt en tevreden mee is, en hij deze neemt vanwege zijn natuurlijke neiging , dan valt dat onder de zaken die zijn toegestaan, en zal hij niet worden gestraft voor deze dingen, maar zijn liefde voor Allah en omwille van Allah zullen een beetje tekort schieten. Als zijn enige doel in het leven is om deze dingen te verkrijgen, en hij deze dingen prioriteit geeft boven datgene waar Allah van houdt en tevreden mee is, dan doet hij zichzelf onrecht en volgt hij zijn eigen begeertes. De eerste is de liefde van al-Saabiqoon (degenen die het voornaamst zijn in Islam); de tweede is de liefde van al-muqtasidoon (degenen die gemiddeld zijn) en de derde is de liefde van al-dalimoon (de boosdoeners).

Al-Rooh door Ibn al-Qayyim, 1/254.

 Liefde van Allah subhanahu wa ta'ala

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (Madarij as-Saalikeen vol 3, p. 17-18)

Ibn al Qayyim noemde tien oorzaken die resulteren in de liefde van Allah voor Zijn dienaar en de liefde van de dienaar voor zijn Heer. [Deze tien zijn:]

  1. Het reciteren van de Koran terwijl je nadenkt over de betekenis ervan en wat ermee bedoelt wordt.
  2. Dichter bij Allah komen door het verrichten van vrijwillige daden na het afronden van verplichte daden. Dit is zoals het vermeldt staat in een Hadith Qudsi: “Mijn dienaar komt steeds dichter bij Mij door vrijwillige daden te verrichten totdat Ik van hem hou.” [al-Bukhari]
  3. Het continu gedenken van Allah onder alle omstandigheden, met je tong, hart en daden. De grootte van je liefde voor Allah wordt hierdoor bepaalt.
  4. Prioriteit geven aan waar Hij van houdt boven dat waar jij van houdt wanneer je overmant bent door je verlangens.
  5. Dat het hart begerig is wat de Namen en Eigenschappen van Allah betreft en het hart rondwandelt in deze tuin van kennis.
  6. Het observeren van Allah's zachtaardigheid, goedheid en gunsten, zowel de verborgene als de zichtbare.
  7. Dit is het meest wonderbaarlijke; dat het hart zacht, zachtaardig en onderdanig (nederig) is tegenover Allah.
  8. Alleen zijn met Allah gedurende de tijd dat de Heer neerdaalt gedurende het laaste deel van de nacht, terwijl je Zijn boek leest en dat beeindigt met het vragen van vergiffenis en het tonen van berouw (tawbah).
  9. Zitten met de geliefden en oprechten, terwijl je voordeel hebt van hun spraak. En niet spreken tenzij het spreken voordeliger is en je weet dat het je toestand zal bevorderen en voor anderen tot nut zal zijn.
  10. Wegblijven van iedere oorzaak dat komt tussen het hart en Allah.

Deze tien oorzaken brengen de geliefden naar het station van ware liefde en brengen hen naar hun Geliefde.

 Herinnering aan de Bestemming van de Mensheid in het Hiernamaals - een Genezing voor een zwak Iman

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (Madaarij us-Saalikeen)

Wanneer iemand zijn verstand helder is, dan zal diegene in staat zijn om helder te zien, dus wanneer je zo een persoon een licht geeft in zijn hart dan stelt dat hem in staat om bijna getuige te zijn van de Waarschuwing en de Belofte, het Paradijs en de Hel, en wat Allah heeft voorbereid in deze Paradijs voor Zijn Awliyaa' (trouwe vrienden) en in de Hel voor Zijn vijanden. Hij zal dan getuige zijn van mensen die uit hun graven snellen en de roep van de Waarheid (Wederopstanding) volgen. De engelen in de hemelen zullen neerdalen en hen (schepping) omcirkelen. Allah zal dan komen om te oordelen (tussen de schepping) en Zijn Kursi zal worden gebracht. De aarde zal schijnen met de Licht van zijn Heer (Allah, wanneer Hij komt oordelen tussen Zijn schepping), het Boek (van Daden) zal worden geopend en de Profeten en de getuigen zullen naar voren worden gebracht. De Mizan (Weegschaal) zal dan worden vastgesteld, de boeken van de (individuele) daden zullen rondgaan en de vijanden zullen samenkomen, ieder vasthoudend aan zijn vijand. Al-Houdh (de vijver die stroomt buiten de poorten van het Paradijs, komend van een rivier daarbinnen) zal dan verschijnen en zijn kopjes zullen dichtbij verschijnen. De dorst zal versterken, maar degenen die toestemming hebben om te drinken zijn slechts weinig. Al-Jisr (de brug boven de Hel die iedereen moet passeren naar het Paradijs) zal dan neergelegd worden (boven de Hel) zodat de mensheid en de Jinn hier overheen kunnen gaan (de ongelovigen en degenen van wie de zonden de goede daden overstijgen, zullen vallen in de Hel, waar alleen de ongelovigen voor eeuwig zullen verblijven). Mensen zullen verzameld die richting uitgaan. Het Vuur (de Hel) zal verschijnen, iedere deel de andere delen eronder ruw consumerend (verterend). Degenen die erin vallen zijn veel groter in aantallen dan degenen die ervan gered worden. Dan, wordt er een oog geopend in zijn (de man die denkt aan deze scenes/gebeurtenissen) hart met welke hij in staat zal zijn om helder te zien. Zijn hart zal dan getuige zijn van sommige scenes (gebeurtenissen) van het Laatste Leven, tegelijk met de voorstelling van de verschillende stadia van het Laatste Leven welke voor altijd zal voortduren, in tegenstelling tot deze Dunya (het leven van deze wereld) en zijn beknoptheid.

 Hoe roept een geleerd persoon op tot Allah?

 Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (uit: al-Fawa'id)

De geleerde individu beveelt de mensen niet om de Dunya te verlaten, want zij zijn niet in staat om het te verlaten. Echter (in plaats daarvan) vertelt hij hen om slechte daden te verlaten met hun [doorgaande] verblijf op de Dunya. Daar het verlaten van de Dunya voordelig (gewenst) is, maar het verlaten van slechte daden een verplichting is. Hoe kan een [individu] worden bevolen om een gewenste (extra) daad te verrichten, wanneer hij een verplichting heeft verwaarloosd?!

Als het verlaten van slechte daden moeilijk wordt voor hen om te [verdragen], probeer hen dan van Allah te doen houden [door] Zijn Tekenen, Zijn Zegeningen, Zijn Vrijgevigheid, Zijn Perfecte Eigenschappen, en Verheven Beschrijvingen te noemen. Want waarlijk, het hart is op natuurlijke wijze geneigd naar Zijn liefde.

Als het gehecht is aan Zijn liefde, dan zal het verlaten van slechte daden en de onafhankelijkheid daarvan, samen met het doorzettingsvermogen hierin makkelijk worden [om te verkrijgen].

Een verstandige man nodigt mensen uit tot Allah, dus wordt de [daad] om dit te beantwoorden makkelijk voor hen. Een asceet nodigt hen uit tot Allah door het verlaten van de Dunya, dus wordt de [daad] om dit te beantwoorden moeilijk voor hen.


 Van Sheitan's misleidingen: Naar extremen gaan

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (uit:"Al-Waabil al-Sayib", p. 19)

Allah beveelt nooit iets of de Satan neemt daartegen twee tegengestelde houdingen aan: ofwel tekortkoming en achteloosheid ofwel overijverigheid en overdrijving. Het maakt [hem] niet uit via welke van deze twee fouten hij het wint van de dienaar. Hij komt naar het hart van de dienaar en onderzoekt deze. Als hij hierin lusteloosheid en 'het zoeken naar uitweggetjes' vindt, dan pakt hij hem via deze voordeel. Hij belemmert hem en zorgt ervoor dat hij gaat zitten. Hij treft hem met luiheid, lusteloosheid en sloomheid. Hij opent voor hem de deur naar herinterpretaties (ta'weel), hoop enzovoorts totdat de dienaar misschien aan geen enkele bevel gehoor geeft.

Als hij in het hart van de dienaar alertheid, serieusheid, een verlangen om te werken en potentie aantreft, dan onthoudt de Satan zich van het aanvallen via de manieren hierboven. In plaats daarvan beveelt hij hem om zich nog harder in te spannen. Hij overtuigt hem dat hetgeen hij doet niet voldoende voor hem is. Zijn ambitie moet groter zijn dan dat. Hij moet harder werken dan de andere mensen die werken. Hij zou niet moeten slapen wanner zij slapen. Hij zou zijn vasten niet moeten breken wanneer zij hun vasten breken. Hij zou niet moeten rusten wanneer zij rusten. Als iemand van hen zijn handen en gezicht drie keer wast, dan zou hij deze zeven keer moeten wassen. Als iemand de wudhu (rituele wassing) doet voor het gebed, dan moet hij de ghusl (rituele bad) doen. [Hij beveelt hem om] soortgelijke daden van overdrijving en extreme te doen. Hij zorgt ervoor dat hij naar extremen gaat en buiten de grenzen treedt. Hij doet hem op dezelfde manier afdwalen van het rechte pad als dat hij de eerste persoon (boven beschreven) doet afwijken van het rechte pad en ervoor zorgt dat hij niet dichterbij dit pad kan komen. Satan's intentie voor beiden is om hen van het rechte pad af te houden: de eerste door hem niet dichtbij of in de buurt hiervan te laten komen en de tweede door hem het te laten passeren en eraan voorbij te laten gaan. Velen van de schepping worden misleid door deze twee strategieën. Er is geen ontsnappen aan, behalve door een diepe kennis, geloof en de kracht om de Satan te bevechten en op het middeltste pad (de middenweg) te blijven.

 10 Manieren van bescherming tegen Shaytan

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah Bida’i` al-Fawa’id (304-308) (samengevat)

1.      Je toevlucht zoeken bij Allah tegen Shaytan. Allah, De Allerhoogste, zegt, "En wanneer een verzoeking van de Satan jou treft, zoek dan je toevlucht bij Allah: voorwaar, Hij is de Alhorende, de Alwetende." [41:36]

2.      Recitatie van de twee surahs al-Falaq en an-Nas, aangezien deze een wonderbaarlijke effect hebben bij het zoeken van je toevlucht bij Allah tegen zijn kwaad, het afzwakken van Shaytan en bescherming tegen hem. Dit is waarom de Boodschapper ﷺ‬, heeft gezegd: "Geen persoon zoekt zijn toevlucht (bij Allah) met iets zoals met de Mu`awwidhatayn (surahs al-Falaq en an-Nas)”. [an-Nasaa’i, 5337]

3.      Recitatie van Ayat al-Kursi (2:255).

4.      Recitatie van surah al-Baqarah. De Boodschapperr heeft gezegd, "Het huis waarin al-Baqarah wordt gereciteerd wordt niet benadert door Shaytan." [Muslim]

5.      Het laatste deel van al-Baqarah. De Boodschapperr heeft gezegd, "Degene die de laatste twee verzen van al-Baqarah reciteert gedurende de nacht, voor hem zullen deze voldoende zijn." [Muslim]

6.      Recitatie van het begin van surah Mu'min (Ghafir), tot Zijn uitspraak, “wa ilayhi-l-maseer” (tot Hem is de terugkeer). (Dus, "Ha Mim. De neerzending van het Boek is van Allah, De Almachtige, De Alwetende. De Vergever van de zonden en de Aanvaarder van het berouw, de Harde in de bestraffing, de Bezitter van grote macht. Geen god is er dan Hij, tot Hem is de terugkeer." [40:1-3])

7.      Het honderd keer zeggen van “la ilaha ill Allah wahdahu la sharika lah, lahul mulku wa lahul hamdu wa huwa `ala kulli shay’in qadir” (Er is geen god behalve alleen Allah. Hij heeft geen deelgenoot, aan Hem is het rijk en aan Hem is de lofbetuiging en Hij is tot alle dingen in staat).

8.      De meest heilzame (nuttige) vorm van bescherming tegen Shaytan: overvloed aan (het) gedenken van Allah, De Verhevene.

9.      Wassing (ablutie) en gebed, en deze behoren tot de grootste manieren van bescherming, vooral op het moment van opkomende woede en verlangens (lusten).

10.  Zelfonthouding van teveel praten, voedsel en mengen met mensen.


 Tien nutteloze zaken

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (uit: Al-Fawa'id)

Er zijn tien nutteloze zaken:

  1. Kennis waar niet naar wordt gehandeld.
  2. De daad die zowel geen oprechtheid heeft noch is gebasseerd op het volgen van de rechtgeaarde voorbeelden van anderen.
  3. Geld dat wordt opgestapeld (steeds opgespaard), aangezien de eigenaar er niet van geniet gedurende zijn leven en er ook geen beloning voor ontvangt in het Hiernamaals.
  4. Het hart dat leeg is betreffende liefde voor en verlangen naar Allah, en betreffende het zoeken naar nabijheid bij Hem.
  5. Een lichaam dat Allah niet gehoorzaamt en dient.
  6. Houden van Allah zonder het volgen van Zijn bevelen of het zoeken naar Zijn tevredenheid.
  7. Tijd wat niet wordt besteed aan het compenseren van zonden (boetedoening) of het grijpen naar mogelijkheden om het goede te doen.
  8. Een verstand dat denkt aan nutteloze zaken.
  9. Het dienen van degenen die je niet dichtbij Allah brengen, en je niet baten in jouw leven.
  10. Hopen (op) en vrezen van degene die valt onder de authoriteit van Allah en in Zijn hand (ligt); terwijl hij zichzelf niet kan baten of schaden, noch dood of leven kan brengen, noch zichzelf kan opwekken.

Echter, de grootste van deze zaken zijn het verspillen van het hart en het verspillen van tijd. Het verspillen van het hart gebeurt, door het preferen van het wereldlijke leven boven het Hiernamaals, en het verspillen van tijd gebeurt door het hebben van eindeloze hoop. Vernietiging vindt plaats door het volgen van je begeerten en het hebben van eindeloze hoop, terwijl al het goede gevonden wordt in het volgen van het rechte pad en het jezelf voorbereiden op de ontmoeting met Allah.

Zo vreemd als het is, wanneer een dienaar van Allah een [wereldlijk] probleem heeft, dan zoekt hij hulp bij Allah, maar hij vraagt Allah nooit om zijn hart te genezen voordat het sterft ten gevolge van onwetendheid, achteloosheid, het in vervulling brengen van begeertes en door zijn betrokkenheid bij innovaties (in het geloof). Waarlijk, wanneer het hart sterft, dan zal hij nooit de gewichtigheid of impact van zijn zonden voelen.

 Over het volgen van begeertes

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (uit: Al-Fawa'id)

'Onwettige (verboden) begeertes worden meestal geassocieerd met onaangenaamheid. Ze laten een slepende gevoel van pijn en schuld(gevoel) achter. Dus, wanneer je bent verleidt, denk dan aan het bevrijden van jezelf. Denk aan alle wroeging (spijt) wat gepaard zou gaan met het realiseren van deze begeertes, en maak dan een beslissing. Je een weg banen via gehoorzaamheid is geen makkelijke taak. Het gaat echter gepaard met het goede en rustgevende genot. Wanneer je jezelf overbelast (met onwettige begeertes) denk dan aan, hoe fijn het zou zijn om berouw te hebben en bevrijdt jezelf. Denk aan het genot dat voortkomt uit wettige (toegestane) begeertes en probeer dan de correcte keuze te maken. Het dilemma wat je zult ervaren zou gereduceerd moeten worden door het gedenken van het zoete genot en de ultieme gelukzaligheid wat jouw gehoorzaamheid (aan Allah) zal voortbrengen. Probeer de strijd ook te reduceren door je de bestraffing voor te stellen, wat voortkomt uit ongehoorzaamheid aan Allah. Logischerwijs zou je verstand moeten kiezen voor datgene wat het meest loont en zou het je helpen om de pijn te verdragen van jouw onthouding (ontzegging) van de vervulling van zulke begeertes.'

 Het verharde hart

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (Vertaald uit al-Fawa'id)

De dienaar wordt niet getroffen door een straf groter dan het verharden van het hart en het ver zijn van Allah. Het Vuur (de Hel) was gecreëerd om het verharde hart te doen smelten. Het hart dat het verst van Allah is, is het hart dat is verhard. Wanneer het hart verhard, dan droogt het oog.

Wanneer vier dingen worden overstegen in hoeveelheid, meer dan nodig is, dan zal het hart verharden:

Voedsel, slaap, spraak en seksuele gemeenschap. Een hart dat is verziekt door verlangens, haalt geen voordeel uit vermaningen of waarschuwingen.

Wie ernaar verlangt om zijn hart te reinigen, laat diegene dan Allah prefereren (verkiezen) boven zijn verlangens.

Het hart welke zich vasthoudt aan verlangens is afgeschermd van Allah, oveenkomstig de graad dat het gehecht is aan deze (verlangens). De harten zijn de vaten (emmers) van Allah op Zijn aarde, dus de meest geliefde van hen bij Hem, zijn degenen die het meest mededogend, puur en opstandig tegen afdwaling zijn.

Zij (de overtreders) hielden hun harten bezig [met het najagen (achtervolgen)] van de Dunya (de wereld), als zij zich hadden bezig gehouden met Allah en het Hiernamaals, dan hadden ze zeker stilgestaan bij de betekenis van Zijn aangrijpende Woorden en Verzen. Hun harten zouden terugkeren naar hun meesters (eigenaren) met een wijsheid, verbijsterende nieuwsgierigheid en [in het bezit] van de zeldzaamste, meest kostbare juwelen.

Als het hart wordt gevoed met gedenking (van Allah), de dorst gelest wordt met bezinning (overdenking) en gereinigd wordt van de corruptie, dan zal het getuige zijn van opmerkelijke en wonderbaarlijke zaken, inspirerende wijsheid.

De mensen met Kennis en Wijsheid zijn degenen die hun harten tot leven brengen door hun verlangens te smoren.

De vernietiging van het hart gebeurt door geborgenheid [op deze Dunya] en achteloosheid, de versterking ervan (van het hart) gebeurt door angst (voor Allah) en gedenking (van Allah). Als het hart de genietingen van de Dunya afzweert, dan gaat het over op het [achtervolgen] van de genietingen van het Hiernamaals. Als het hart tevreden is met de genietingen van de Dunya, dan stoppen de genietingen [van het Hiernamaals].

Verlangen naar Allah en de ontmoeting met Hem is als een aangenaam briesje wat op het hart blaast, wat het vuur van de Dunya uitblaast. Degene die ervoor zorgt dat zijn hart zich nestelt bij zijn Heer zal in een kalme en rustige staat verkeren, en degene die het heeft gevestigd tussen de mensen zal verontrust zijn en erg verward.

Want de liefde van Allah zal het hart niet betreden welke de liefde voor deze wereld bevat, behalve zoals een kameel door het oog van de naald past.

Dus, de meest geliefde dienaar bij Allah is degene die hij plaatst in Zijn dienst (onderwerping), die Hij kiest voor Zijn liefde, voor wie Hij zorgt dat hij zijn aanbidding voor Hem reinigt (puur maakt), die zijn doelen toewijdt aan Hem, zijn tong (toewijdt) aan Zijn gedenking, en zijn ledematen (toewijdt) aan Zijn dienst.

Het hart wordt ziek, zoals het lichaam ziek wordt, en het geneesmiddel ervan is al-Tawbah en bescherming [tegen overtredingen]. Het wordt roestig zoals een spiegel dat wordt, en de opheldering (verschoning) ervan wordt verkregen door gedenking. Het wordt naakt zoals het lichaam naakt wordt, en de verfraaiing (kleding) ervan is al-Taqwa. Het krijgt honger en dorst zoals het lichaam honger krijgt, en het voedsel en drinken ervan zijn kennis, liefde, afhankelijkheid, berouw en onderwerping.

 Satan's grootschalige manipulatie van de Christenen

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (d. 751NH/1350CE)    (Ighatul-Lahfaan min Masaa`id al-Shaytan)

Het is duidelijk, voor iedereen met verstand, dat Satan deze misleide mensen (Christenen) heel erg heeft gemanipuleerd. Hij riep hen en zij beantwoordden hem; hij belazerde hen en zij gehoorzaamden hem.

Hij manipuleerde hen met betrekking tot Allah, De Verhevene en De Allerhoogste. Hij manipuleerde hen met betrekking tot Jezus (vrede zij met hem). Hij manipuleerde hen met betrekking tot het kruis en het aanbidden daarvan.

Hij manipuleerde hen ook met betrekking tot het maken van plaatjes en beelden in kerken en het aanbidden van deze, dus je zult geen kerk van hen vinden zonder een plaatje van Maria en Jezus, heiligen, en hun martelaren. De meesten van hen prostreren voor plaatjes en beelden, en bidden voor deze in plaats van Allah, De Allerhoogste...

Het typische voorbeeld van wat deze polytheisten doen, is als dat van een dienaar van een koning die een man benaderde, deze man sprong op van zijn plek, prostreerde (diepe buiging/soejoed) voor de dienaar (van de koning), aanbad hem, en deed datgene wat hij niet behoorde te doen, behalve voor de koning. Iedere rationele persoon zou hem beschouwen als een onwetende en een dwaas vanwege hetgeen hij deed, aangezien hij datgene deed voor de dienaar van de koning, wat hij alleen voor de koning zou moeten doen, dus de eerbetoon, bescheidenheid en nederigheid.

Het is bekend dat de kans groter is, dat datgene wat de dienaar deed zal veroorzaken dat de koning hem zal haten en zal neerkijken op hem in plaats van hem te eren en zijn positie te verhogen.

Dit is de positie van degene die prostreert voor de schepping of een plaatje van de schepping. Dit is, omdat hij zijn toevlucht zocht tot de prostratie, wat de beste manier van het bereiken van de tevredenheid van de Heer is. Zo'n daad is niet geldig, behalve als het voor Allah wordt gedaan, dus is er niks afschuwelijker of onrechtvaardiger dan het doen van deze daad voor een plaatje of een beeld van een dienaar en het gelijkstellen van Zijn dienaar aan Hem (Allah).

Dit is waarom Allah, De Allerhoogste zegt, "Voorwaar, het toekennen van deelgenoten (aan Allah) is zeker een geweldig onrecht." [Luqman (31):13]

Allah, De Allerhoogste, heeft Zijn dienaren geschapen met in gedachte (met het plan), dat ze de afschuwelijkheid (lelijkheid) zullen herkennen van het uiten van verheerlijking, lofprijzing, onderwerping en nederigheid tegenover slaven en dienaren van de koning.

Dus wat is de positie van degene die deze soort aanbidding verricht voor de vijanden van de koning? Want Satan is de vijand van Allah, en de polytheist stelt in feite Satan, en niet de profeten en rechtgeaarde dienaren van Allah, aan als deelgenoot naast Allah. Want de profeten en rechtgeaarde dienaren hebben niets te maken met degenen die hen aanstellen als deelgenoten naast Allah; zij zijn tegen hen en het krachtigst in de haat tegenover hen. De polytheisten stellen daarom alleen Zijn vijanden aan als deelgenoten naast Allah, en stellen hen gelijk aan Allah in de aanbidding, verheerlijking, prostratie en nederigheid.

Dit is waarom de ongeldigheid en afschuwelijkheid van polytheisme wordt herkent door een gezonde, natuurlijke (aangeboren) geaardheid en verstand, en deze type afschuwelijkheid wordt duidelijker herkent dan de andere typen.

De intentie was om Satan's manipulatie van deze mensen te vermelden, in zowel het fundament als de takken van hun religie.


 Het geduld van nobele mensen en het geduld van niet-nobele mensen

 Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (een verkorte vertaling van: `Uddat as-Sabirin wa Dhakhirat ash-Shakirin )

Iedere persoon moet geduld uitoefenen (hebben) om moeilijkheden te kunnen trotseren, of hij dat graag doet of met tegenzin. De nobele persoon oefent graag geduld uit, omdat hij beseft wat de voordelen van geduld zijn, en hij weet dat hij beloont zal worden voor zijn geduld en zal worden bekritiseerd wanneer hij in paniek raakt. Hij is zich bewust, dat als hij geen geduld heeft, paniek en ongeduld hem niet zullen helpen om gemiste kansen terug te winnen, en dat het datgene niet zal wegnemen waar hij niet van houdt. Wat er ook is verordend (besloten) en qada' wa qadr is, kan niet worden stopgezet (dat het gebeurt), en wat er ook is verordend om niet te gebeuren, kan niet gebeuren. Dus, een houding van ongeduld en paniek veroorzaakt in feite schade.

Een wijze man heeft gezegd: "Wanneer moeilijkheden verschijnen, doet een man met wijsheid datgene wat een dwaze man na een maand doet (dus, zijn toevlucht zoeken tot geduld)".

De niet-nobele man oefent alleen geduld uit, wanneer hij zich realiseert dat hij geen keuze heeft. Na het verspillen van veel tijd en energie en paniek en worstelingen, realiseert hij zich dat zijn ongeduld hem niet zal helpen. Dan oefent hij geduld uit op dezelfde wijze als een persoon, die is vastgebonden om te worden gezweept, geduld uitoefent.

De nobele persoon oefent geduld uit in het gehoorzamen van Allah, terwijl de niet-nobele persoon geduld uitoefent in het gehoorzamen van de Shaytan. Dus, niet-nobele mensen hebben de grootste geduld in het volgen van hun eigen begeertes en verlangens, en hebben het minste geduld in het gehoorzamen van hun Heer. Ze hebben het grootste geduld in het uitgeven op de weg van Shaytan en geen geduld wanneer ze een paar centen moeten uitgeven op de weg van Allah. Ze zullen vele moeilijkheden verdragen (doorstaan) om hun eigen begeertes en verlangens te volgen, maar kunnen niet eens de kleinste moeilijkheden verdragen om hun Heer te behagen. Ze zullen laster (kwaadsprekerij) verdragen omwille van het verrichten van slechte daden, maar kunnen geen geduld uitoefenen in het verdragen van laster omwille van Allah. Zulke mensen zullen het oproepen tot het goede en het verbieden van het slechte uit de weg gaan, uit angst voor wat mensen over hen zullen zeggen wanneer ze dat doen, maar ze zullen hun eer blootstellen aan laster en dat geduldig verdragen omwille van het volgen van hun eigen begeertes en verlangens. Eveneens zijn ze niet bereid om geduld uit te oefenen in hun toewijding aan Allah, maar wanneer het aankomt op hun toewijding aan Shaytan en hun eigen begeertes en verlangens, dan zullen ze een opmerkelijke (enorme) geduld uitoefenen. Zulke mensen zullen nooit nobel zijn in het zicht van Allah, en op de Dag des Oordeels zullen ze niet worden verhoogt met de mensen van voornaamheid (die nobel zijn) en deugdzaamheid.

 Wat is de weg naar al-Ikhlaas (oprechtheid)?

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah ( Bron: Al-Fawaa-id, blz. 221 ) Vertaald vanuit het arabisch door een zuster (www.soennah.com)

In het hart gaan oprechtheid (Ikhlaas), de liefde om geprezen te worden en hebzucht naar datgene wat de mensen bezitten niet samen, behalve zoals water en vuur (of een hagedis en vis) samengaan.

Dus als jouw nafs (eigen-ik) jou zegt dat jij oprechtheid moet zoeken, wend je dan eerst tot 'hebzucht' en slacht deze met het mes van de wanhoop. (1) Wend je vervolgens tot de liefde om geprezen te worden en verlaat deze zoals degenen die houden van deze wereld, het Hiernamaals verlaten.

Als jij er in bent geslaagd de hebzucht te 'slachten' en de liefde om geprezen te worden te verlaten, dan wordt oprechtheid gemakkelijk voor jou.

En als jij mij vraagt: 'En wat zal het gemakkelijk voor mij maken om hebzucht te slachten en de liefde om geprezen te worden te verlaten?'

Zeg ik: 'Wat betreft het slachten van hebzucht; dit wordt gemakkelijk voor jou gemaakt door overtuigd te zijn van het feit dat de schatten van alles wat er verlangd wordt zich in de Hand van Allah alleen bevinden. Niemand naast Hem bezit deze en de dienaar ontvangt hier alleen door Hem iets van. Wat betreft het verlaten van de liefde om geprezen te worden; dit wordt gemakkelijk voor jou gemaakt door te weten dat niemands lof van nut is of eert. En dat niemands kritiek schaadt of onteert, behalve de lof en kritiek van Allah. Dit is te begrijpen uit het verhaal van de bedoeïen die tegen de Profeetr zei: 'Voorzeker, degene die ik prijs is geëerd en degene die ik bekritiseer is onteerd.' De Profeetr zei: 'Dat is (voor) Allah - de Almachtige en Majesteitelijke.'' [Tirmidhi 3266, Kitab Tafseer al-Qur'an, Saheeh verklaard]

Verlaat daarom (de liefde voor) de lof van degene wiens lof jou niet eert en de kritiek van degene wiens kritiek jou niet onteerd en verlang naar de lof van Degene in Wiens lof alle eer zich bevindt en in Wiens kritiek alle ontering zich bevindt. Hier is men alleen toe in staat met behulp van geduld en overtuiging. Wanneer geduld en overtuiging ontbreken, dan ben jij gelijk aan iemand die een reis wenst te maken over de zee zonder boot.

De Verhevene heeft gezegd:

Wees daarom geduldig. Voorzeker, de Belofte van Allah is waar en laat degenen die niet overtuigd zijn (van het geloof) jou niet ontmoedigen (van het overbrengen van Allah's boodschap) [Soerah ar-Roem 30:60]

En Hij heeft gezegd:

En Wij stelden onder hen leiders aan die leiding gaven volgens Ons bevel toen zij geduldig waren en van Onze Tekenen overtuigd waren

[Soerah as-Sadjdah 32:24]

(1)   Voetnoot van de vertaalster: Door niet te hopen op het wereldse.

 Van de Woorden van ‘Abdoellah ibn Mas'oed - moge Allah tevreden met hem zijn -

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah ( Bron: Al-Fawaa-id ) Vertaald vanuit het arabisch door een zuster (www.soennah.com)

Een man die in het gezelschap van ‘Abdoellah ibn Mas'oed was, zei: ‘Ik wens niet van de mensen van de Rechterkant te zijn, maar ik wens van de Moeqarraboen (degenen die dicht bij Allah zullen worden gebracht) te zijn.'

'Abdoellah zei hierop: ‘Maar hier is een man die (uit vrees voor Allah) wenst dat hij niet meer opgewekt zal worden als hij sterft.' Hij bedoelde hier zichzelf mee.

Op een dag verliet hij zijn huis, en de mensen achtervolgden hem. Hij zei toen tegen hen: ‘Hebben jullie iets nodig?' Zij zeiden: ‘Nee, maar wij wilden met jou meelopen.' Hij zei: ‘Ga terug, want het is een vernedering voor degene die volgt, en een beproeving voor degene die gevolgd wordt.'

Hij zei ook: ‘Als jullie datgene over mij wisten, wat ik over mezelf weet, dan zouden jullie zand over mijn hoofd gieten.'

‘Niemand van jullie dient in zijn religie een persoon blindelings te volgen; als hij (degene die wordt gevolgd) gelooft, dan gelooft hij, en als hij niet gelooft, dan gelooft hij niet. En als jullie toch blindelings willen volgen, volg dan de overledene, want de levende is niet veilig van beproevingen.'

‘Zoek naar je hart tijdens drie gelegenheden:

  • tijdens het luisteren naar de Qor-aan
  • tijdens de bijeenkomsten van gedenking (van Allah)
  • en tijdens het alleenzijn

Als je het (jouw hart) tijdens deze gelegenheden niet vindt, vraag Allah dan of Hij jou wil begunstigen met een hart, want, voorwaar, je hebt geen hart.'

‘Voorwaar, de mensen zijn bekwaam geworden in hun uitspraken. Degene wiens uitspraak dan overeenkomt met zijn handeling, die persoon heeft zijn deel (van de beloning) verkregen. En degene wiens uitspraak strijdig is met zijn handeling, diegene berispt (slechts) zichzelf.'

‘Waarlijk, ik geloof dat een persoon kennis vergeet die hij ooit wel had, door een zonde die hij begaat.'

'Kennis is niet het vele overleveren (van ahaadieth), maar kennis is de vrees (voor Allah).'

‘Er is niets op het oppervlak van de aarde dat meer behoefte heeft aan een lang gevangenschap dan de tong.'

En een man zei tegen hem: ‘Leer mij bondige en profijtelijke woorden!' ‘Abdoellah zei hierop: ‘Aanbid Allah en ken geen enkele deelgenoot aan Hem toe in de aanbidding, volg de Koran overal waar hij jou naartoe leidt, accepteer de waarheid van degene die ermee komt, zelfs als hij een verre (geen verwante) en gehate persoon is, en verwerp de valsheid van degene die ermee komt, zelfs als hij een geliefde en verwante persoon is.'

'Wees bronnen van de kennis, lichten van de leiding, verbondenen aan de huizen, lampen van de nacht, reinigers van de harten, dragers van versleten kleding, dan zullen jullie bekend zijn (bij Degene) in de Hemel, en onbekend bij degenen op de aarde.'

'Zolang je in het gebed bent, ben je aan het kloppen op de deur van een Koning, en degene die op de deur van een Koning klopt: de deur zal voor hem geopend worden.'

'Er zullen aan het einde der tijden mensen zijn, hun beste daden zullen zijn: elkaar beschuldigen. Zij worden ‘de stinkenden' genoemd.'

'Als een persoon ervan houdt om rechtvaardigheid te eisen van zichzelf, laat hem anderen dan behandelen zoals hij zelf behandeld wenst te worden.'

 Kennis is de beste goedheid in dit wereldse leven

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (Bron: Miftaah Daar as-Sa'aadah Volume 1 pagina 397) Vertaald vanuit het arabisch door een zuster (www.soennah.com)

Al-Hasan heeft het volgende gezegd over de Uitspraak van Allah, de Meest Verhevene:

‘Onze Heer, geef ons in het wereldse leven het goede.' [ Soerah al-Baqarah 2:210 ]:

‘Het is de kennis en de aanbidding.'

En hij heeft gezegd over Allah's uitspraak:

‘en in het Hiernamaals het goede' [ Soerah al-Baqarah 2:201 ]

‘Het is het Paradijs.'

En dit behoort tot de beste uitleg, want voorwaar, de beste goedheid van het wereldse leven is profijtelijke kennis en goede daden.'

 De niveau's van Djihaadoe n-Nefs

Ibn al-Qayyim al Jawziyyah (uit: Uitleg van de drie fundamentele grondbeginselen “Thalaathoel-Oesool”)

Ibn al-Qayyim (moge Allah de Verhevene hem genadig zijn) zei: “Het vechten tegen jezelf, tegen je eigen begeerten (Djihaadoe n-Nefs), bestaat uit vier niveau's.

  1. Dat hij streeft naar het leren van de leiding en de ware religie, wat inhoudt dat er geen succes of gelukzaligheid voor de ziel in dit leven of in het Hiernamaals is, dan hierdoor.
  2. Dat hij streeft om te handelen naar de kennis die hij opgedaan heeft.
  3. Dat hij streeft om er naar uit te nodigen en het degenen leert die het niet weten.
  4. Dat hij zijn ziel laat wennen om geduld en volharding te hebben met de tegenspoed als gevolg van het oproepen tot Allah en het kwaad dat veroorzaakt wordt door de mensen en dat hij dit geduldig verdraagt voor Allah. Als een persoon deze vier niveau’s voltooit, dan wordt hij 1 van de rechtgeleide en wijze geleerden en onderwijzers.

 Soorten ziekten die het Hart aanvallen en hun genezing

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah (Uit: Hoofdstuk 1 van "Healing with the Medicine of the Prophet, sallallahu `alayhi wa sallam", ©Darussalam, Riyadh)

Er zijn twee soorten ziekten die het hart aanvallen; de ene is twijfel en dwaling, en de andere lust en verlangen. Beiden worden vermeld in de Koran. Allah zegt over de ziekte van de twijfel:

“In hun hart is een ziekte (twijfel en huichelarij) en Allah heeft deze ziekte doen verergeren...”

(2:10)


En Hij heeft gezegd:

“En opdat degenen in wier harten een ziekte (huichelarij) is en de ongelovigen zullen zeggen: “Wat wil Allah met dit voorbeeld zeggen?”

(74:31)

Allah zegt over degenen die weigeren de Koran en de Soenah tot de basis van hun oordeel te maken:

“En wanneer zij tot Allah en Zijn boodschapper opgeroepen worden, opdat hij onder hen oordeelt, dan is er een groep onder hen die zich afwendt. Maar indien het recht aan hun kant is, begeven zij zich nederig naar hem. Is er een ziekte in hun harten, of twijfelen zij, of vrezen zij dat Allah en Zijn Boodschapper onrechtvaardig voor hen zijn? Integendeel, zij zijn degenen die de onrechtvaardigen zijn.”

 (24:48-50)


Dit is de ziekte van twijfel en dwaling.

Ook zegt Allah over lust en verlangen, in dit geval overspel (ontucht):

“O vrouwen van de Profeet, jullie zijn zoals geen van de andere vrouwen, als jullie (Allah) vrezen. Weest daarom niet minzaam in jullie manier van spreken, waardoor degene in wiens hart een ziekte (van huichelarij, of slechte verlangens naar overspel(ontucht)) is, begeerte gaat voelen.....” (Qur’an 33:32)

De voorziening van de juiste (genees)middellen tegen de ziekten van het hart (verwijzend naar zowel geestelijke als emotionele kwalen) komen alleen van de Profetenr en Boodschappers van Allah. Het hart wordt beter, wanneer het kennis verwerft over zijn Heer en Schepper, en in Zijn Namen, Eigenschapen, Daden en Geboden. Het hart wordt ook beter, wanneer het het verwerven van de Tevredenheid van Allah verkiest (boven andere zaken) en datgene verkiest waar Hij van houdt, terwijl Zijn Verboden worden vermeden en datgene wat zou kunnen leiden naar Zijn ontevredenheid. Er is geen leven, gezondheid of welzijn voor het hart, behalve via deze methode, welke alleen de Boodschappers kunnen leveren. Het is verkeerd om te denken dat iemand ooit het welzijn van het hart kan bereiken via enige andere weg dan door de leiding van de Boodschappers van Allah. Deze misvattingen (fouten) komen voort uit het verwarren van de ware welzijn van het hart met het vervullen en versterken van zijn lagere dierlijke lusten en verlangens. Op deze manier zal het hart ver weg blijven van het verkrijgen van zijn ware welzijn en kracht, en zal zelfs zijn bestaan in gevaar zijn. Zij die geen onderscheid maken tussen deze twee wegen, zouden moeten rouwen om het leven en de gezondheid van hun hart, of in feite vanwege het ontbreken daarvan. Laat zulke mensen ook treuren over het feit dat het licht van de ware leiding ontbreekt bij hen, en omdat zij zich volledig in een oceaan van duisternis bevinden.


 Grootheid van Allah

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah

Ibn al-Qayyim beschreef Allahs grootsheid in de volgende bewoordingen:

“Hij bestuurt de aangelegenheden van de verschillende rijken en Hij gebiedt en verbiedt, schept, onderhoudt, brengt de dood, geeft het leven, geeft macht, en neemt macht weg (van en aan wie Hij wil), en laat (de) dag en (de) nacht afwisselen. Hij geeft variërende lotsbeschikkingen aan mensen en wisselt regeringen (en staten) af, waarbij Hij sommige vernietigt en andere laat ontstaan. Zijn Gebod en Macht overheersen in de hemelen en hun gebieden (zones), de aarde en alles wat erop en erin is, in de zeeën en in de lucht. Zijn Kennis heeft alles omvat, en Hij heeft alles geteld. Hij hoort alle soorten stemmen en zij verwarren Hem niet. Neen, integendeel, Hij hoort iedere stem in zijn eigen taal en hulpbehoevendheid, en geen enkele stem houdt Hem zozeer bezig dat Hij de hulpbehoevendheid van een ander niet kan vervullen, en geen enkele hulpbehoevendheid zal ooit aan Zijn Volmaakte Kennis (en Zijn Macht om te verlossen) ontsnappen.

De vele noden van degenen die hulpbehoevend zijn vervelen Hem niet. Zijn Blik (Zicht) omvat alles wat er is. Hij ziet de beweging van een zwarte mier op een kale rots op een donkere nacht. Voor Hem, is het Ongeziene onbedekt en is het geheim niet langer een geheim:

"Allen die in de hemelen en op aarde zijn vragen Hem (heeft van Hem nodig). Iedere dag is Hij bezig (zoals met het eren van sommigen, vernederen van sommigen, het geven van leven aan sommigen, dood aan sommigen, etc.)."

[Soerah Ar-Rahmaan (55):29]

Hij vergeeft een slechte daad, doet depressiviteit verdwijnen en brengt respijt (kwijtschelding) van rampen, verlichting voor een ieder die het nodig heeft, rijkdom voor de arme, leiding voor degene die is misleid, licht voor degene die de weg kwijt is, hulp voor de wanhopige, (een gevoel van) voldaanheid voor de hongerige, bedekking voor degene die nauwelijks gekleed is, genezing voor de zieke, en gemak voor degene die lijdt. Hij aanvaardt degene die berouw toont, geeft beloning aan degene die goed doet, geeft bijstand aan degene die onrechtvaardig is behandeld, vernietigt een arrogante persoon, bedekt fouten, geeft veiligheid na angst, en verheft sommigen en vernedert anderen.

Als degenen die in Zijn hemelen en op Zijn aarde wonen en al degenen die Hij geschapen heeft, of zij nu mensen zijn of  Jinns, harten hadden gelijk aan het meest vrome hart, dan zou (dit) Zijn Koninkrijk niet vermeerderen (vergroten). Als Zijn gehele schepping, of het nu mensen zijn of Jinns, harten hadden gelijk aan het slechtste hart, dan zou dit niets aan Zijn Koninkrijk afdoen. En tevens, als allen die in Zijn hemelen en op Zijn aarde wonen, de gehele mensheid en alle Jinns, de doden en de levenden, op één stuk land gaan staan en ieder Hem vraagt betreffende zijn hulpbehoevendheid, en Hij dan hun noden vervult, dan zal dit niet in het minste afdoen aan Zijn bezit. Hij is de Eerste, niets is er vóór Hem, de Laatste, niets is er na Hem, de Allerhoogste, niets is er boven Hem, en de Meest Nabije, niets is er nabijer dan Hij. Hij, Verheven en zó Hoog (Immerverheven) als Hij is, is de Beste Die men kan en zou moeten gedenken, de Enige Die het verdient om aanbeden en bedankt te worden, de Vriendelijkste van al degenen die bezitten en de Meest Vrijgevige van al degenen aan wie gevraagd wordt (om) te geven. Hij is de Koning Die geen deelgenoot heeft, de Ene Die geen concurrent heeft, de Samad (de Enige van Wie al het geschapene afhankelijk is) Die geen nakomelingen heeft, en de Immerverhevene, er is niemand (en niets) zoals Hij. Alles zal vergaan behalve Zijn Aangezicht, en iedere koningschap zal zeker vergaan behalve het Zijne. Hij zal slechts gehoorzaamd worden met Zijn verlof, en Zijn Kennis onthult alle ongehoorzaamheid aan Hem. Wanneer Hij wordt gehoorzaamd, toont Hij Zijn dankbaarheid daarvoor, en wanneer Hij niet wordt gehoorzaamd, schenkt Hij vergiffenis (aan diegenen die Hem werkelijk berouw tonen). Iedere straf van Hem is rechtvaardig en elke vrijgevigheid (gift) is een gunst. Hij is de Meest Nabije Getuige en de Meest Nabije met Zijn Volmaakte Zorg. Hij beheerst de voorhoofdslokken van alles en heeft de volledige optekeningen van alle daden en de boeken van alle tijdperken. De harten zijn ontmaskerd voor Hem en het geheim is onthuld. Zijn geven en (Zijn) straffen zijn slechts een Bevel:

"Voorwaar, wanneer Hij iets wil (scheppen), dan zegt Hij er slechts tegen “Wees”, en het is."

[Soerah Yasin (36):82]


 Het perfectioneren van je karakter

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah (Uit: "The Magnificent Journey" (De Wonderbaarlijke Tocht)]

Ibn ul Qayyim legt drie voorwaarden uit, die nodig zijn om goede manieren te verwerven:

Drie Voorwaarden om Uitstekende Manieren te verkrijgen

Dit is één voorbeeld van de uitstekende manieren waarmee Allah (ta’aala) zijn Boodschapperr heeft uitgerust. Hij beschreef hem als volgt:

“En voorwaar, jij beschikt over een hoogstaand karakter.”

[Soerah al-Qalam (68):4]

`Aa'ishah, radhiAllahu `anhu, beschreef hem zo: “Zijn karakter was (een weerspiegeling van) de Koran” [Muslim, Abu Dawood, Ahmad]


Zo’n uitmuntend karakter kan niet worden bereikt zonder drie voorwaarden:

1.      Het fundament moet goed zijn. Als iemand een aard (karakter) heeft wat ruw en dor is, dan zal het moeilijk voor hem zijn om zich hieraan (uitmuntendheid van karakter) te onderwerpen door middel van kennis, wilskracht, of oefening. Anderzijds zal een milde en zachte (aangename) aard het omploegen en de zaadjes [om het voor te bereiden op karakteriële voortreffelijkheid] bereid en gewillig ontvangen.

2.      De ziel moet sterk zijn en in staat om de lokroepen van luiheid, overtreding en verlangen te overwinnen. Deze zaken zijn in tegenspraak met perfectie, en (de) zielen die deze niet kunnen verslaan, zullen altijd verslagen en onderworpen zijn.

3.      [Men moet beschikken over] een scherpzinnige kennis van de waarheid van zaken, zodat men in staat is deze (zaken) correct te plaatsen, en om onderscheid te maken tussen glas en juwelen.

Als iemand deze drie kwaliteiten bezit, en Allah diegene helpt, dan zal hij behoren tot hen voor wie het beste (husnaa) staat geschreven en voor wie de zorg van Allah is verzekerd.

 Dode harten

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah (Uit: A'alaam al-Muwaqqi'een, volume 2, pagina 176)

 “De Shaytaan heeft de meeste mensen misleid, door het verfraaien van het uitvoeren van bepaalde vrijwillige daden van aanbidding, zoals vrijwillige gebeden en (het) vrijwillig vasten, terwijl ze andere verplichte daden van aanbidding negeren, zoals het aansporen tot het goede en het uitroeien van het kwaad. En dit is zodanig, dat ze niet eens de intentie instellen om deze (verplichte daden van aanbidding) uit te voeren wanneer ze er toe in staat zijn. Zulke mensen worden door de geleerden beschouwd alszijnde op de bodem van de schaal van de religie: Want de essentie van onze religie is, het uitvoeren van datgene wat Allah ons heeft opgedragen. Degene die zijn verplichtingen niet uitvoert, is in feite erger dan degene die zonden begaat. Iedereen die wat kennis heeft van de openbaring van Allah, de leiding van de Profeetr en het leven van de metgezellen, zou tot de conclusie moeten komen, dat degenen die vandaag de dag worden aangewezen alszijnde de meest vrome mensen, in feite de minst vrome zijn. Waarlijk, welke vorm van vroomheid bezit een persoon, die getuigt dat Allah's heiligheden worden overtreden, zijn religie wordt verlaten, de Sunnah van Zijn Boodschapper wordt vermeden, en toch stil (roerloos) blijft met een koud hart en een gesloten mond. Zo iemand is als een domme Shaytaan! Op dezelfde manier is iemand die onwaarheden uitspreekt een sprekende Shaytaan. Zijn de tegenslagen van de Islam niet alleen ten gevolge van degenen die, wanneer hun leven en voedsel veilig zijn, niets zouden geven om wat er met hun religie gebeurt? De beste onder hen zou een droevig gezicht tonen. Maar als zij zouden worden beproeft met iets van de dingen waar hun hart aan gehecht is, zoals hun geld, dan zouden ze geen inspanningen sparen om het terug te krijgen. Deze mensen, naast het feit dat ze de toorn van Allah verdienen, zijn getroffen door de grootste ramp, zonder het zelfs te weten: Zij hebben een dood hart. Voorzeker, hoe meer iemands hart leeft, hoe sterker zijn boosheid omwille van Allah en hoe completer zijn steun aan de Islam en Moslims.”


 Misprijzing van Hawaa (begeerten)

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah (Samengevat van "The Dispraise of Hawaa")

 “Allah zal zeven (personen) schaduw geven, op de Dag waarop er geen schaduw zal zijn behalve die van Hem. (Deze zeven personen zijn):

1. een rechtvaardige heerser, 2. een jeugdige die is opgevoed met de aanbidding van Allah (aanbidt Allah subhanahu wa ta`alaa oprecht vanaf zijn jeugd), 3. een man wiens hart is gehecht aan de moskeeën (hij doet de vijf verplichte Salaat (gebeden) in de moskeeën), 4. twee personen die alleen omwille van Allah van mekaar houden, en zij ontmoeten en gaan (weer) uit elkaar alleen omwille van Allah, 5. een man die de uitnodiging van een charmante vrouw van adelijke huize (van adel), om onwettige geslachtsgemeenschap met haar te hebben, weigert en zegt: Ik vrees Allah, 6. een man die liefdadige giften geeft in het geheim, zódanig, dat zijn linkerhand niet weet wat zijn rechterhand heeft gegeven (niemand weet dus hoeveel hij heeft gegeven in liefdadigheid), en 7. iemand die Allah in afzondering (op een afgezonderde plaats) gedenkt en zijn ogen overstromen van de tranen.”

[Overleverd door Al-Bukhaaree en Muslim. Deze tekst is die van Al-Bukhaaree: Saheeh Al-Bukhaaree, V.1, Hadeeth #629.]

Als je nadenkt over de zeven, die Allah zal beschaduwen in de schaduw van Zijn ‘Arsh, wanneer er geen schaduw zal zijn behalve die van Hem, dan zul je ontdekken dat zij die schaduw verdienden vanwege hun oppositie tegen Al-Hawaa. Waarlijk, de Imaam (heerser) die autoriteit en macht heeft, zal geen rechtvaardigheid kunnen vestigen, behalve door zijn Hawaa tegen te werken. En wat de Jeugdige betreft, die de oprechte aanbidding van Allah verkiest boven de drang van zijn jeugd; als het niet vanwege de oppositie tegen zijn Hawaa was, dan zou hij deze staat van aanbidding niet kunnen verwezenlijken. Wat degene betreft, wiens hart is gehecht aan de moskeeën, hetgeen hem naar deze toestand dreef, is de oppositie tegen Al-Hawaa welke hem uitnodigt naar de plaatsen van lusten.

Wat degene betreft, die liefdadige giften in het geheim geeft, zódanig, dat zijn linkerhand niet weet wat zijn rechterhand heeft uitgegeven; was het niet vanwege zijn onderwerping van zijn Hawaa, dan zou hij niet in staat zijn geweest om deze toestand te bereiken. En degene die werd uitgenodigd door een charmante dame van adelijke huize (om onwettige geslachtsgemeenschap met haar te hebben), vreesde Allah en voerde oppositie tegen zijn Hawaa. Wat degene betreft die Allah in afzondering gedenkt en zijn ogen overstromen met tranen uit vrees voor Hem; hetgeen hem deze toestand deed bereiken, is het bestrijden van zijn Hawaa. Dientengevolge, werden zij gered van de (gevolgen van de) intense hitte van de Al-Mawqif op de Dag des Oordeels en het zweten daar. De mensen (die vasthouden aan) Al-Hawaa zullen de uiterste graad van intense hitte en zweten ervaren terwijl ze wachten om de “Gevangenis van Al-Hawaa” te betreden. Allah subhanahu wa ta`aala is Degene die gesmeekt moet worden om ons bescherming te geven tegen de Ahwaa’ (meervoud van Hawaa) van onszelf, welke zijn geneigd naar het kwaad, en dat Hij onze Hawaa maakt in overeenstemmig met hetgeen waar Hij van houdt en wat acceptabel is bij Hem. Hij heeft (de) macht over alle dingen, en Hij is het meest waardig om ons verzoek te beantwoorden.


 De soorten harten

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah

Zoals het hart kan worden beschreven in termen van levend of dood, zo kan het ook worden beschouwd als behorende tot een van de (volgende) drie soorten; dit zijn het gezonde hart, het dode hart, en het zieke hart.

 Het gezonde hart

Op de Dag des Oordeels, zullen alleen degenen die naar Allah komen met een gezond hart gered worden. Allah zegt:

“Op de Dag, waarop rijkdom en zonen niet zullen baten. Alleen hij (zal gebaat zijn), die naar Allah komt met een zuiver hart.”

(Soerah As-Sjoe'ara 26:88-89)

Bij het beschrijven van het gezonde hart, is het volgende gezegd: “Het is een hart, wat gezuiverd is van iedere passie (begeerte) die in conflict is met hetgeen Allah heeft opgedragen of betwist wat Hij verbiedt. Het is vrij van alle impulsen, die het goede van Hem tegenspreken. Als gevolg, wordt het beschermt tegen het aanbidden van iets anders dan Hem, en zoekt (raadpleegt) het oordeel van niemand anders, dan dat van Zijn Boodschapperr. Zijn diensten zijn exclusief gereserveerd voor Allah, gewillig en liefdevol, met een volledige vertrouwen, waarbij alle zaken met Hem in verband worden gebracht, (dit) met angst, hoop en oprechte toewijding. Wanneer het liefheeft, dan is zijn liefde omwille van Allah. Wanneer het verafschuwt, dan verafschuwt het dat wat Hij verafschuwt. Wanneer het geeft, dan geeft het omwille van Allah. Wanneer het achterhoudt, dan houdt het achter omwille van Allah. Desondanks, zal dit alles niet voldoende zijn voor zijn verlossing (redding), totdat het vrij is van het volgen van of het nemen van iemand anders als zijn gids dan Zijn Boodschapperr” Een dienaar met een gezond hart, moet het toewijden aan het doel van zijn reis, en zijn acties en uitspraken niet basseren op die van iemand anders dan (die van) de Boodschapper van Allahr. Hij moet geen voorrang geven aan een ander geloof of woorden of daden boven die van Allah en Zijn Boodschapper, vrede en zegeningen van Allah zij met hem. Allah zegt:

“O jullie die geloven, plaatst julliezelf niet vóór Allah en Zijn Boodschapper, maar vreest Allah. Voorwaar, Allah is Alhorend, Alwetend.”

(Soerah Al-Hoedjoerat 49:1)

 Het dode hart

Dit is het tegenovergestelde van het gezonde hart. Het kent zijn Heer niet en aanbidt Hem niet zoals Hij beveelt, op de manier zoals Hij dat wil, en waarmee Hij tevreden is. Het klampt zich in plaats daarvan vast aan zijn lusten en verlangens, zelfs als deze Allah’s ontevredenheid en toorn (boosheid) veroorzaken. Het aanbidt andere dingen dan Allah, en zijn liefdes en zijn haat, en zijn geven en zijn behouden (achter houden), komen vanuit zijn opwellingen (begeertes), welke voor het hart van hoogste belang zijn en verkozen worden boven het behagen van Allah. Zijn opwellingen (begeertes) zijn, zijn imam. Zijn lust is zijn gids. Zijn onwetendheid is zijn leider. Zijn vulgaire impulsen zijn zijn daadkracht. Het (hart) is ondergedompeld in zijn zorgen om wereldlijke doeleinden (doelen). Het is dronken van zijn eigen inbeeldingen en zijn liefde voor haastige, vergankelijke pleziertjes. Het wordt van een afstand opgeroepen tot Allah en de akhira, maar het reageert niet op adviezen, en in plaats daarvan volgt het iedere sluwe, listige shaytaan. Het leven maakt het boos en stelt het tevreden, en passie maakt het doof en blind [1] voor alles, behalve wat slecht is.

Je associëren met en in gezelschap zijn van de eigenaar van zo’n hart kan ziekte veroorzaken: met hem leven is als het nemen van vergif, en bevriend zijn met hem betekent complete verwoesting.

 Het zieke hart

Dit is een hart wat zowel leven als ziekte bevat. Het eerste ondersteunt het, het ene moment, het tweede op een ander (moment), en het volgt welk van de twee er in slaagt het te domineren. Het heeft liefde voor Allah, geloof in Hem, oprechtheid jegens Hem, en vertrouwen op Hem, en deze (zaken) geven het leven. Het smacht ook naar lust en plezier, en geeft deze de voorkeur en streeft ernaar om deze te ervaren. Het is vol van zelfbewondering, welke kan leiden tot zijn eigen vernietiging. Het luistert naar twee roepers: (de) een roept het naar Allah en Zijn Profeetr en de akhira; en de ander roept het naar de vergankelijke pleziertjes van deze wereld. Het reageert op welk van de twee het meeste invloed heeft op dat moment.

Het eerste hart leeft, heeft zich overgegeven aan Allah, is nederig, gevoelig en bewust; het tweede (hart) is broos en dood; het derde (hart) zweeft tussen zijn veiligheid en zijn verwoesting.

[1] Het is overgeleverd door Abu’d–Darda’ dat de Boodschapper van Allahr heeft gezegd (in vertaling): “Je liefde voor iets wat je blind en doof maakt.” Abu Daw'ud, al-Adab, 14/38; Ahmad, al-Musnad, 5/194. De hadith is geclassificeerd als hasan.

 Het bereiken van hoge doelstellingen

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah (Al-Fawa'id)

Het bereiken van hoge doelstellingen is afhankelijk van het hebben van een vastberaden intentie en een sterke wilskracht. Wie deze verliest, zal nooit zijn doelen bereiken, want wanneer je intentie vastberaden is, dan houdt het vast aan het plan, en als je wilskracht sterk is, dan zal de dienaar langs de juiste weg lopen die naar dit doel leidt. Het hebben van een sterke wilskracht opent de weg en een vastberaden intentie zorgt ervoor dat je je concentreert op het doel. Als je doel samenvalt met de weg die daarnaar leidt, dan zul je succesvol zijn.

Als je intentie zwak is, dan zul je geen hoge doelstelling hebben. Als je wilskracht niet sterk is, dan zal het je (ook) niet naar het doel leiden. De hele kwestie hangt af van de wilskracht en de intentie van de dienaar, en deze zullen nooit worden bereikt zonder het volgende:

Ten eerste, het negeren van de (relegieuze) innovaties die mensen creeëren. Ten tweede, het verlaten van wereldlijke profijt (baten) en nutteloze pleziertjes, die je hinderen van jouw weg en doel. Ten derde, zuivering van je hart van nutteloze verlangens die je intentie zullen afleiden.

 Geduld in de Koran

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah (Geduld en Dankbaarheid. Door Ibn Qayyim al-Jawziyyah. Een verkorte versie van zijn originele werk getiteld, “Uddat as-Sâbireen wa Dhâkirat”)

Imaam Ahmad zei: “Allah heeft geduld op negentig plaatsen in de Koran genoemd.” Hier zullen we de verschillende contexten opgesommen waarin geduld voorkomt.

 1. Instructie. Geduld bevolen aan gelovigen:

“En wees geduldig (O Muhammad) en jij bent slechts geduldig door Allah…”

(an-Nahl 16:127)

“ Wees geduldig met de beschiking van jouw Heer…”

(at-tûr 52:48).


 2. Dat wat tegenover geduld staat is verboden:

“… En vraag niet om (de bestraffing) voor hen te bespoedigen…”

(al-Ahqâf 46:35)

“Voelt jullie niet vernederd en treurt niet (wanhoop niet)…”

(Al ‘Imrân 3:139)

“… En wees niet als de Profeet Yunus, toen hij (tot Allah) riep terwijl hij verbolgen was"

(al-Qalâm 68:48)

  3. Geduld is een voorwaarde voor success en voorspoed:

“O jullie die geloven, weest geduldig, en weest standvastig, sluit de rijen en vreest Allah. Hopelijk zullen jullie welslagen.”

(Al ‘Imrân 3:200)

  4. De beloning van degenen die geduld uitoefenen zal worden verdubbeld:

“Diegenen zal twee maal hun beloning gegeven worden: omdat zij geduldig waren…”

 (al-Qasas 28:54)

“Voorwaar, het zijn de geduldigen die hun beloning zonder berekening zal worden gegeven.”

(az-Zumar 39:10)

Sulaymân ibn Qâsim zei dat de beloning voor elke daad bekend is, behalve de beloning voor geduld, welke als hevige regen zal zijn.

  5. Geduld en Imaan zijn twee vereisten voor leiderschap in religie:

“En Wij stelden onder hen leiders aan die leiding gaven volgens Ons bevel toen zij geduldig waren. En zij waren van Onze Tekenen overtuigd (geloofden in Onze Tekenen)

(as-Sajdah 32:24)

  6. Geduld is de manier om de kameraadschap (vriendschap) van Allah te verdienen:

“… En weest geduldig: voorwaar, Allah is met de geduldigen.”

(al-Anfâl 8:46)

Abû Alî ad-Daqqaq zei: “mensen die geduld hebben zijn de echte winnaars in deze wereld en de volgende, omdat zij de kameraadschap (vriendschap) van Allah hebben.”

  7. Allah zal diegenen die geduld hebben belonen met een drievoudige beloning: zegeningen, barmhartigheid (genade) en leiding:

“… Maar geeft verheugende tijdingen aan de geduldigen. Degenen die wanneer een ramp hen treft, zeggen: ‘Voorwaar, aan Allah behoren Wij, en voorwaar, tot Hem zullen Wij terugkeren’ (innâ lillâhi wa innâ ilaihi râdji’ôen). Zij zijn degenen op wie de zegeningen van hun Heer neerdalen, en Barmhartigheid, en zij zijn degenen die de rechte Leiding ontvangen”

(al-Baqarah 2:155-157).

Toen mensen bij één van de salaf kwamen om hem te condoleren, vanwege een rampspoed wat hem had getroffen, zei hij: “Waarom zou ik geen geduld hebben, terwijl Allah diegenen die geduld hebben drie beloningen heeft beloofd, waarvan elk beter is dan deze wereld en al hetgeen het bevat?”

  8. Geduld is een manier om Allah om hulp te vragen:

“…vraagt (Allah) om hulp door middel van geduld en de shalât…”

(al-Baqarah 2:45)

Dus een ieder die geen geduld heeft, heeft geen hulp.

  9. Geduld en taqwâ [1] zijn voorwaarden voor de hulp en ondersteuning van Allah:

“Jawel, als jullie geduldig zijn en taqwâ hebben en zij komen op jullie afgestormd, dan zal jullie Heer jullie meteen helpen met vijfduizend welonderscheiden Engelen”

(Al ‘Imrân 3:125)

[1] taqwâ = het weren van. Dat je je weert van de toorn (woede) van Allah. Taqwâ is islamitisch gezien dus: aanbidding, liefhebben, vrezen, goede daden verrichten, voorbereiden op het Hiernamaals. Het betekent dus meer dan alleen vrezen.

  10. Geduld en taqwâ zijn een grote bescherming tegen de listigheid van de vijanden:

“… Maar als jullie geduldig zijn en taqwâ hebben, dan zal hun listigheid jullie geen schade berokkenen…”

(Al ‘Imrân 3:120).

  11. De engelen zullen de geduldigen groeten in Jannah:

“… En de Engelen treden bij hen binnen door iedere poort. Zeggend: ‘Vrede zij met jullie wegens jullie geduldig zijn’ (salâmoen alaikoem bima shabartoem) Het is de beste eindbestemming.”

(ar-Ra‘d 13:23-24)


 12. Allah heeft het toegestaan om onze vijanden te behandelen in overeenstemming met wat ons is aangedaan, maar Hij heeft duidelijk gemaakt dat het beter is om geduldig te zijn:

“En wanneer jullie bestraffen, bestraft dan in overeenstemming met wat jullie aangedaan is. Maar als jullie geduldig zijn is dat zeker beter voor de geduldigen”

(an-Nahl 16:126)

  13. Allah heeft geduld en goede daden als een voorwaarde gesteld voor vergiffenis en (een) grote beloning:

“Behalve degenen die geduldig zijn en goede werken verrichten. Zij zijn degenen voor wie er vergeving en een grote beloning is”

(Hûd 11:11)

 14. Allah heeft geduld als norm gesteld voor moed en vastberadenheid in het uitvoeren van zaken:


“Maar wie geduldig was en vergaf: voorwaar, dat behoort zeker tot de aanbevolen daden” (Maar wie geduldig is en vergeeft, dat zou voorzeker een uitoefening van moedige wilskracht en vastberadenheid zijn in het uitvoeren (leiden) van zaken (daden) )

(ash-Shûra 42:43)

(Luqmân zei:) O mijn zoon, onderhoud de shalât en roep op tot het goede en weerhoud van (verbied) het verwerpelijke. En wees geduldig met wat jou treft. Voorwaar, dat behoort tot de aanbevolen daden” (dit is vastberadenheid (van voornemen) in (het uitvoeren van) daden)

(Luqmân 31:17)

  15. Allah heeft de gelovigen Zijn ondersteuning en overwinning beloofd, en heeft gezegd dat zij dit verdienen vanwege hun geduld:

“…En het mooie Woord van jouw Heer werd bewaarheid voor de Kinderen van Israël omdat zij geduldig waren geweest…” (al-A‘raf 7:137).

  16. Allah heeft geduld als (een) voorwaarde gesteld voor Zijn liefde:

“En hoeveel van de Profeten vochten er niet, vergezeld van vele mensen en zij verloren de moed niet, wanneer zij op de Weg van Allah door rampspoed getroffen werden. En zij verzwakten niet en zij gaven zich niet over en Allah houdt van de geduldigen (as-sâbirîn)

(Al ‘Imrân 3:146)

  17. Allah heeft geduld als een voorwaarde gesteld voor het ontvangen van vele zegeningen:

“En degenen aan wie de kennis gegeven was, zeiden: ‘Wee jullie, de beloning van Allah is beter voor wie gelooft en goede daden verricht. En zij wordt niet bereikt, behalve door de geduldigen’.” (al-Qasas 28:80).

“Maar dit wordt slechts gegeven aan degenen die geduldig zijn en dit wordt slechts gegeven aan de bezitter van een geweldig geluk” (Fussilât 41:35).

 18. Allah heeft gezegd, dat alleen diegenen die geduldig en dankbaar zijn zullen profiteren van de Tekenen van Allah:

“Zie jij niet dat de schepen op de zee varen door de gunst van Allah, opdat Hij jullie van Zijn Tekenen laat zien? Voorwaar, daarin zijn zeker Tekenen voor iedere geduldige en dankbare”

(Luqmân 31:31)

“En tot zijn Tekenen behoren de schepen zo groot als bergen die op de zee varen. En als Hij wil, dan doet Hij de wind liggen, zodat zij (de schepen) stil komen te liggen op haar oppervlak. Voorwaar daarin zijn zeker tekenen voor iedere geduldige dankbare”

(ash-Shûra 42:32-33)

  19. Allah prees Ayyûb (‘Alayhie s-Salaam) voor zijn geduld:

“Voorwaar, Wij troffen hem aan als een geduldige, de beste dienaar. Voorwaar, hij is de meest berouwtonende”

(Sâd 38:44).

Allah Beschreef Ayyûb (‘Alayhie s-Salaam) als uitmuntend vanwege zijn geduld, dus degene die faalt in het uitoefenen van geduld wanneer dat nodig is, zal worden gezien als een mislukking en een zondaar.

  20. Allah heeft een algemene regel gesteld, dat wie niet gelooft en niet behoort tot de mensen van waarheid en geduld, in een staat van verlies verkeert. Dit betekent dat de enige echte winnaars, mensen van geduld zijn:

“Bij de tijd. Voorwaar, de mens lijdt zeker verlies. Behalve degenen die geloven en goede daden verrichten en elkaar aansporen tot de Waarheid en elkaar aansporen tot geduld”

(al-‘Asr 103:1-3)

Als commentaar op deze vers, zei Imâm ash-Shâfi’î het volgende: ‘Als mensen diep nadachten over deze sûrah, dan zou het van genoeg leiding voorzien, aangezien de mens geen perfectie kan verkrijgen zonder deze twee dingen te perfectioneren, zijn kennis en zijn daden, dus zijn geloof en goede daden. Zoals hij zichzelf dient te perfectioneren, zo dient hij ook anderen te perfectioneren, door elkaar aan te sporen tot de waarheid. Het fundament van dit alles is geduld.’

  21. Allah heeft gezegd, dat de hoofdkenmerken van degenen die zullen worden gered, geduld en barmhartigheid zijn:

“En dat hij behoort tot degenen die geloven en elkaar aansporen tot geduld en elkaar aansporen tot barmhartigheid. Zij zijn degenen die de mensen van de rechterzijde zijn ( de bewoners van het Paradijs) (al-Balad 90:17-18)

  22. Allah heeft geduld genoemd in combinatie met de pilaren van Islaam en Imaan, zoals Hij het heeft genoemd in combinatie met de salaah:

“En vraagt (Allah) om hulp door middel van geduld en de salaat…”

(al-Baqarah 2:45)

in combinatie met goede daden:

“Behalve degenen die geduldig zijn en goede werken verrichten. Zij zijn degenen voor wie er vergeving en een grote beloning is”

(Hûd 11:11)

in combinatie met dankbaarheid (shukr):

“… Voorwaar, daarin zijn zeker Tekenen voor iedere geduldige dankbare”

(ash-Shûra 42:32-33)

in combinatie met de waarheid:

“… en elkaar aansporen tot de Waarheid en elkaar aansporen tot geduld”

(al-‘Asr 103:1-3)

in combinatie met barmhartigheid:

“…degenen die geloven en elkaar aansporen tot geduld en elkaar aansporen tot barmhartigheid”

(al-Balad 90:17)

in combinatie met geloof:

“… toen zij geduldig waren. En zij waren van Onze Tekenen overtuigd” (geloofden in Onze Tekenen)

(as-Sajdah 32:24)

en in combinatie met de waarheid:

“… en de waarachtige mannen en de waarachtige vrouwen, en de geduldige mannen en de geduldige vrouwen…”

(al-Ahzâb 33:35)

Allah heeft geduld tot een middel gemaakt om Zijn liefde te verkrijgen, Zijn kameraadschap (vriendschap), Zijn hulp en ondersteuning, en Zijn goede beloningen. Dit is voldoende eer en zegeningen.


 Wat is de moeilijkste vorm van geduld?

Ibn al Qayyim al-Jawziyyah (Geduld en Dankbaarheid. Door Ibn Qayyim al-Jawziyyah. Een verkorte versie van zijn originele werk getiteld, “Uddat as-Sâbireen wa Dhâkirat”)

De moeilijkheidsgraad van het zich onthouden van sommigen dingen, hangt af van de kracht van iemand z'n motief (motivatie) en de mogelijkheid om de betreffende actie uit te voeren. Wie geen motief heeft om te moorden, te stelen, alcohol te drinken, of wat dan ook, en tegelijkertijd niet in staat is om het te doen, zal het gemakkelijk vinden om geduldig te zijn in het zich onthouden van die dingen. Wie een sterke motief heeft om een slechte daad te verrichten, en de middelen heeft om dat te doen, zal het erg moeilijk vinden om genoeg geduld te kunnen opbrengen om zich te onthouden. Zo is het zeer moeilijk voor een heerser om zich te onthouden van het begaan van onrecht en onderdrukking (dhulm), en is het moeilijk voor een jonge man om zich te onthouden van ontucht, en is het moeilijk voor een rijke man om zich te onthouden van het najagen van fysieke begeertes en genietingen.

In een hadieth verwijst de Profeetr naar degenen die zullen worden beschaduwd door de schaduw van Allah’s Troon, vanwege hun perfecte geduld – zoals het geduld van een absolute heerser om rechtvaardig te zijn in alle situaties, ongeacht zijn (eigen) gevoelens; en het geduld van een jonge man in het aanbidden en gehoorzamen van Allah en het onderdrukken van zijn eigen opwellingen en verlangens; en het geduld van een man die sadaqah geeft, om zijn sadaqah geheim te houden; en het geduld van een man die de verleiding van een mooie vrouw van adelijke huize weerstaat; en het geduld van twee mannen die elkaar ontmoeten omwille van Allah en uit elkaar gaan omwille van Allah, om hun relatie in stand te houden omwille van Allah; en het geduld van degene die huilt uit angst voor Allah, in het geheim houden daarvan en het niet aan anderen vertellen (lees ook: Misprijzing van Hawaa). Al deze (vormen van geduld) zijn van de moeilijkste soorten geduld. Daarom is de straf van een oude man die overspel pleegt, een koning die leugens vertelt, en een arme man die hoogmoedig is, zwaarder, omdat het voor hen gemakkelijk is om weg te blijven van dergelijke slechte daden, en het niet veel van hen vraagt betreffende geduld. Hun houding geeft aan, dat zij opzettelijk opstandig zijn tegenover Allah.

 Geduld in het zich onthouden van slechte daden in spraak en sexualiteit

Van onder de moeilijkste vormen van geduld, is geduld in het zich onthouden van het begaan van slechte daden in spraak en seksualiteit. Slechte daden in spraak – zoals roddel en laster; het vertellen van leugens om problemen tussen mensen te veroorzaken; en het zichzelf prijzen, expliciet of impliciet; en het beledigen van mensen die men niet aardig vindt en het prijzen van degenen die men aardig vindt – zijn allemaal vermakelijk en plezierig. Er is een sterke motief (motivatie) om deze slechte daden te begaan, en het is zo gemakkelijk om je tong te bewegen en te spreken, dus het benodigde geduld wat vereist is om je te onthouden van deze daden, is zeer moeilijk. Daarom zei de Profeetr tegen Mu‘âdh (in vertaling), “Bedwing je tong.” Mu‘âdh vroeg, “Worden wij afgerekend op wat wij zeggen?” De Profeetr antwoordde, “Is er iets anders dan de slechte daden in spraak, die ervoor zorgen dat mensen op hun gezichten in de Hel zullen worden gegooid?”

Als de slechte daden in spraak eenmaal een gewoonte zijn geworden, dan wordt het hebben van geduld zelfs nog moeilijker. Dus het zou kunnen zijn, dat je een man ziet die de hele nacht in gebed staat, de hele dag vast, en zich zou onthouden van het aanraken van een kussen wanneer dit gemaakt zou zijn van zijde, maar hij geeft zijn tong echter de vrijheid om te roddelen en te lasteren en problemen te veroorzaken tussen mensen.


 Het neerslaan van de blik

Ibn al Qayyim al Jawziyyah (al-Jawaab al-Kaafi (p. 106))

Ibn al-Qayyim (moge Allah hem genadig zijn) heeft gezegd:

De blik (het kijken) is de oorsprong van de meeste problemen die de mens treffen, want de blik wekt gedachten op, en vervolgens wekken gedachten ideeën op. En ideeën wekken verlangens op, en verlangens wekken (de) wil (wens) op, welke vervolgens sterker wordt en een vast voornemen wordt. In dat geval zal de daad onherroepelijk worden verricht, tenzij er iets is wat het tegenhoudt. Dus was er gezegd, dat geduld in het neerslaan van de blik gemakkelijker is, dan geduld in het verdragen van de pijn wat erna komt.


 De vruchten van nederigheid

Ibn al Qayyim al Jawziyyah (Al-Waabilus-Sayyib minal-Kalimit-Tayyib ( p. 15)

Ibn al-Qayyim (rahimahullaah) heeft gezegd: Een van de Salaf (vrome voorgangers) zei: "Waarlijk, een dienaar begaat een zonde waarmee hij het Paradijs binnentreedt; en een ander doet een goede daad waarmee hij het Vuur binnentreedt." Er werd gevraagd: Hoe kan dat?

Dus hij antwoordde: "Degene die de zonde heeft begaan, denkt er voortdurend aan; wat ervoor zorgt dat hij het vreest, er spijt van heeft, vanwege dat moet huilen, en zich schaamt tegenover zijn Heer – de Allerhoogste - vanwege dat(gene). Hij staat voor Allah, met een gebroken hart en met zijn hoofd gebogen in nederigheid. Deze zonde is dus heilzamer (nuttiger) voor hem dan het doen van vele daden van gehoorzaamheid, aangezien het ervoor heeft gezorgd dat hij nederigheid en onderdanigheid heeft  – wat leidt tot het geluk en succes van de dienaar – tot op de hoogte, dat deze zonde er de oorzaak van wordt, dat hij het Paradijs binnentreedt. Wat degene betreft die goed doet; hij beschouwt dit goede niet als een gunst van zijn Heer aan hem. In plaats daarvan wordt hij arrogant en staat hij versteld van zichzelf, zeggende: Ik heb dit en dat bereikt en zus en zo. Dit vergroot bij hem dus de zelfophemeling, trots en arrogantie – zodanig, dat dit de oorzaak wordt van zijn verwoesting."

 Zes gedragsregels van Leren

Ibn al Qayyim al Jawziyyah (Miftaah Daarus-Sa 'aadah ( p.283))

Ibn al-Qayyim (rahimahullaah) heeft gezegd:

“Er zijn zes fasen van kennis: Ten eerste: Het stellen van vragen op een goede manier. Ten tweede: Stil blijven en aandachtig luisteren. Ten derde: Goed begrijpen. Ten vierde: Memoriseren (onthouden). Ten vijfde:Onderwijzen. Ten zesde – en het zijn de vruchten: Handelen naar de kennis en binnen de grenzen ervan blijven.”

 Belemmeringen

Ibn al Qayyim al Jawziyyah (al-Fawa'id) Boek: al-Fawa'id (engels, blz. 259)

Er zijn zichtbare en onzichtbare belemmeringen. Ze belemmeren het hart van de vooruitgang naar Allah en houden het af van zijn koers. Er zijn drie soorten (belemmeringen): het polytheïsme, de religieuze innovatie en de overtreding. De belemmering van het polytheïsme verdwijnt met zuivere monotheïsme, de belemmering van de religieuze innovatie verdwijnt met het toepassen van de Sunnah, en de belemmering van de overtreding verdwijnt met berouw.

Deze belemmeringen worden de dienaar niet duidelijk totdat hij er klaar voor is en Allah constant gehoorzaamt. Op dat moment zullen de belemmeringen zichtbaar worden, en zal hij ze voelen overeenkomstig de graad van vastberadenheid en oprechtheid in zijn toewijding aan Allah. Anders zal hij, zolang hij geen stap richting Allah heeft genomen, helemaal geen belemmering zien of voelen.

 En Ayyoeb, toen hij zijn Heer aanriep

Ibn al Qayyim al Jawziyyah (al-Fawa'id) Boek: al-Fawa'id (engels, blz. 331)

Allah, de Almachtige zegt:

En (gedenkt) Ayyoeb toen hij zijn Heer aanriep (en zei:) "Voorwaar, tegenspoed heeft mij getroffen en ﷻ‬ bent de Barmhartigste der barmhartigen."

[Soerah Al-Anbiya (21):83]

Ayyoeb combineerde vele elementen in zijn smeekbede. Hij concludeerde de realiteit van het monotheïsme, terwijl hij zijn behoefte aan Allah kenbaar maakt, zijn liefde voor Hem toont en naar Hem verlangt, de eigenschap van Zijn genade erkent en dat Hij de Meest Genadevolle is van degenen die genade tonen, en (hij) nederig is tegenover Allah vanwege Zijn eigenschappen en door te laten zien dat hij Hem nodig heeft. Wanneer iemand problemen heeft en dit gevoel in zichzelf terugvindt, dan zal hij worden verlost van zijn probleem.